1. Home
  2. Woordgebruik als politiek wapen

Woordgebruik als politiek wapen

Geen categorie03 aug 2013, 19:00
Woorden om te 'framen'. De linkse gereedschapskist zit er vol mee.
Bijstandsgerechtigden
Er is een tijd geweest dat een uitkeringstrekker in dit land een uitkeringstrekker werd genoemd. 'Hij trekt van Drees', zei men 65 jaar geleden al over opa die een uitkering ontving krachtens de 'Noodvoorziening voor ouden van dagen', de voorloper van de huidige AOW. Maar ineens, het moet in de jaren tachtig geweest zijn, gingen woordvoerders van de PvdA en de FNV spreken over 'uitkeringsgerechtigden' en 'bijstandsgerechtigden'. Dat kan geen toeval geweest zijn, want juist in die periode begon duidelijk te worden dat, anders dan voorheen werd beweerd, er stevig werd gefraudeerd met uitkeringen. Bijvoorbeeld door het opgeven van een onjuiste woonsituatie, het verrichten van zwart werk of het verzwijgen van bezit van onroerend goed in het land van herkomst. Door dat '-gerechtigde' probeerde men die fraude onder het tapijt te vegen en de oude mythe in stand te houden dat iedereen die een uitkering ontving daar ook recht op had. In de rapportages die ik toendertijd als overheidsdienaar schreef gebruikte ik daarom consequent de term 'bijstandontvanger'. Immers, het enige wat vaststond was dat zo iemand een uitkering ontving, maar of hij daartoe ook gerechtigd was bleef de vraag.
Investeren
Zoals bekend is de PvdA al sinds jaar en dag dol op het verhogen van de overheidsuitgaven. Maar omdat niet alle belastingbetalers ervan overtuigd waren dat dit geld allemaal goed werd besteed, kreeg 'overheidsuitgaven' op den duur een negatieve klank. Als ik mij goed herinner was het Ad Melkert tijdens de paarse kabinetten, die daar toen iets op heeft gevonden. Overheidsuitgaven heetten vanaf die tijd 'investeringen'. Een geweldige vondst natuurlijk. Wie wil er nou niet investeren, onze productiecapaciteit vergroten, bouwen aan de toekomst? Voor alle duidelijkheid: het ging zeker niet alleen om wegen, spoorlijnen en havens. Ooit heb ik zo'n linkse politicus met droge ogen horen verklaren dat we moesten 'investeren in een stuk sociale zekerheid'.
Vreemdelingenhaat
Als gekende voorstanders van een ruimhartig immigratiebeleid en van de multiculturele samenleving hebben linkse woordvoerders en opinieleiders natuurlijk ook woorden tot hun beschikking die de opponent in het debat over deze onderwerpen meteen in de verdediging drukken. Tegenstanders worden weggezet als lijdend aan 'vreemdelingenhaat'. Dat men zich gewoon afvraagt of ons land de voortdurende instroom van migranten uit derdewereldlanden en nieuwe EU-lidstaten wel aankan gaat het voorstellingsvermogen van die voorstanders kennelijk te boven. Je bent voor of je wordt verteerd door haat. Meer smaken zijn er niet. Haat is natuurlijk niet zomaar een negatieve emotie. Waar haat is daar zijn de gaskamers nooit ver weg, zo is de suggestie.
Islamofobie
In Nederland waren we van oudsher gewend vrijmoedig te spreken over levensbeschouwelijke onderwerpen. Maar sinds de islam hier vaste voet heeft gekregen is dat kennelijk voorbij. Wie kritiek heeft op de islam is namelijk geestelijk gestoord. Zo iemand lijdt aan 'islamofobie' en zoals we allen weten en in Van Dale kunnen opzoeken is een fobie een geestelijke stoornis, een 'angstbeklemming die [..] kan optreden zonder dat er een zichtbare oorzaak voor de angst bestaat'. Het is maar dat u het weet. U kunt dus maar beter uw mond houden over de islam. Of wilt u soms doorgaan voor iemand met een paar losse draadjes in de bovenkamer?
Euroscepsis
Tot slot van deze - niet limitatieve - opsomming nog een hele gemene, namelijk de zogenaamde 'euroscepsis'. Stel u hebt het helemaal gehad met de Europese Unie. U wilt geen federale superstaat, u vindt dat we zo snel mogelijk uit de euro moeten, u vindt Schulz, Verhofstadt en Cohn-Bendit een stel gevaarlijke malloten en Draghi een boef. En stel u hebt daar goede argumenten voor. Welnu, pech gehad, want die visie van u kan helemaal niet bestaan. U bent namelijk een 'euroscepticus'. U hebt geen standpunt, maar u lijdt aan 'euroscepsis'. En - laten we Van Dale er maar weer even bij pakken - scepsis betekent twijfel. Er zijn maar twee smaken: of u ziet de EU helemaal zitten, of u staat wel achter het idee, maar u twijfelt als scepticus of het allemaal wel gaat lukken met die EU. Je bent dus voor of je twijfelt, maar niet tegen. Tegen de EU? Het idee alleen al. U wilt toch niet doorgaan voor geestelijk gestoord, voor eurofoob?
 
 
 
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten