Niet alleen blijkt de volmachtstem veel te riskant (zei er iemand stemmen ronselen?), maar ook is het een schandalige relativering van de waarde van, en waardering voor, het begrip democratie.
Het is inmiddels een vast riedeltje geworden. Elke dag sla je de krant open en... er zijn weer stemmen gerondseld. In Amsterdam, in Soest, in Roermond en, zoals vandaag blijkt, ook in Friesland. Dit keer roept het CDA op om ouderen hun stempas in te laten leveren bij hun plaatselijke christendemocraat, om te zorgen dat mensen die eigenlijk niet actief willen meedoen aan het democratische proces tóch aan hun haren naar de stembus worden gesleept.
Het publieke omroep-programma PowNews voelde afgelopen vrijdag hierover al verschillende ministers aan de tand, en duidelijk is dat er zelfs in de bestuurlijke top van het land verschillend gedacht wordt over de praktijk van stemmen bij volmacht, en hoe groot het gevaar is van stemmenronselen.
Uit de interviewtjes met Rutte II-ministers bleek dat sommige bewindslieden helemaal afwilden van de volmachtstem, maar anderen vonden het juist wel "waardevol". Het zou zorgen dat mensen die anders thuis bleven, nu dan toch hun mening laten horen. Het zou zorgen voor een electoraat dat meer betrokken is bij het reilen en zeilen van de Nederlandse democratie.
Welnu, ik denk eigenlijk juist dat het toestaan van het stemmen bij volmacht juist het tegenovergestelde teweegbrengt. Het zorgt dat mensen een vorm van schijnbetrokkenheid bij het democratische proces ervaren. Geheel ten overvloede: dat is dus geen echte betrokkenheid. Het is, zeg maar, het idee dat je je ex een kaartje stuurt om haar te feliciteren met de geboorte van haar kind. Dat doe je - een enkeling daargelaten - niet omdat je haar echt alle geluk en succes toewenst (je bent immers verschrikkelijk zuur), maar om jezelf van dat schuldgevoel te bevrijden.
Maar wat betreft dan de mensen die toevallig op de verkiezingsdag ziek zijn, tot laat moeten werken of slecht ter been zijn? Verdomme man, zijn we nu echt zo'n land van aanstellers geworden? Vorige generaties hebben keihard moeten vechten voor onze parlementaire democratie en onze vrijheid. Denk je dat die een dag de wapens neerlegden en hun innerlijke vuur verloren als ze koorts hadden, zelfs een been verloren of gewoon hun dagschema hadden gevuld met overige bezigheden?
Nee, voor sommige zaken maak je gewoon tijd. Je onderneemt gewoon die zware tocht naar het kieslokaal, ook als je je niet helemaal kiplekker voelt. Daarvoor sta je desnoods uren in de brandende zon te wachten. Daarvoor loop je graag het gevaar tegen een bomgordel aan te lopen. Een vrije samenleving met een gelegitimeerd, betrokken bestuur is essentieel voor de vrede en veiligheid van een land.
Volmachten zijn juist de nagel aan de doodskist van dit mooie en vreedzame ideaal. Met een volmachtstem wordt de waarde van een persoonlijke stem juist gerelativeerd, want ach, je kan 'm ook aan iemand anders geven en misschien gaat die persoon helemaal niet stemmen, en dat is ook wel oké. Je ziet het wel, je bent in ieder geval van je schuldgevoel af dat je niks doet voor de samenleving en je idealen, en dat is wat telt. Het resultaat van dit soort armetierige gedachtengangen is de luiestoeldemocratie die in Nederland tegenwoordig zo welig tiert. Bah.
Als we van Nederland weer een land willen maken waar de militante, weerbare democratie hoog in het vaandel staat, waar de opkomst niet onder de 50% wegzakt maar de 100% benadert, en waar politici regeren die het volk kunnen roeren, inspireren en met kunde vertegenwoordigen - wel, dan moeten we dus af van de volmacht. Leer mensen maar eens hoe ongelooflijk waardevol het is om zelf die tocht naar de stembus te maken. Hoe zwaar of gevaarlijk dat soms ook moge zijn.
De auteur van dit artikel is stemgerechtigd sinds de Provinciale Statenverkiezingen van 2007. Sindsdien heeft hij geen enkele verkiezing nagelaten zijn stembiljet in te vullen en in de daarvoor bestemde bus te deponeren.