Winnaar.
Nu Arjen Robben de Champions League eindelijk heeft gewonnen met Bayern Munchen, en dan ook nog eens door een assist en een goal van hem, wordt de aanvaller in heel Nederland geprezen alsof hij de Nederlandse Lionel Messi is.
Zelfs Johan Cruijff doet mee aan de Robben-gekte:
Robben was wel bij vijf van de acht kansen van zijn club Bayern München betrokken, merkte Cruijff op. 'Dan doe je toch iets goed. Want bij de twee doelpunten van Bayern was Robben 100 procent betrokken, met als hoogtepunt de beslissende treffer in de slotminuut. 'Een mooie mix van intuïtie, techniek en de drang die hij van nature richting het doel heeft.'
Het aparte is dat Robben tijdens de finale niets meer of minder deed dan wat hij al jaren doet. Ook miste hij in de eindstrijd een aantal kansen die er eigenlijk in hadden gemoeten; en ja, ook dat hoort bij Robben. Hij is wel een aanvaller, maar geen ijskoude spits.
Het enige verschil met sommige andere wedstrijden is dat Robben nu in vorm was. Zijn acties lukten over het algemeen en hij zorgde steeds weer voor dreiging.
Dat is mooi, maar - alweer - niets nieuws onder de zon.