1. Home
  2. Over de monetaire 'flexibiliteit' van de euro

Over de monetaire 'flexibiliteit' van de euro

Geen categorie23 apr 2013, 17:44
Dromen zijn bedrog, dat weten we allemaal. En zeker eurocratische dromen, want gebaseerd op federale fantasieën van een nooit bestaand hebbende wereld: één Europa. De droom van een uniform Europa, waarin alle volkeren gelijk zijn, is zo een onthutsende ontkenning van de werkelijkheid, de geschiedenis en economische wetmatigheden, dat je bijna niet gelooft dat er mensen zijn die deze droom serieus najagen. Maar dat is wel zo, en ook dat is de realiteit. De column van vandaag is een voortzetting van die van gisteren, waarbij ik wat dieper wil ingaan op enkele monetaire aspecten van de desastreuze one-size-fits-all euromunt unie.
De euro adepten in het Berlaymontgebouw zijn hardnekkig, koppig en vasthoudend. Zeer vasthoudend. Sommigen noemen het kwaadaardige opzet (onwetendheid kan het allang niet meer genoemd worden), anderen noemen het idealisme. Hoe dan ook, het blijven dromen. Dromen van een ideale wereld, de wereld van Arthur en zijn Ronde Tafelridders, van 'Alle Menschen werden Brüder'. Mooie vergezichten, maar de werkelijkheid is anders. De werkelijkheid is een nachtmerrie van recordwerkloosheid, begrotingstekorten, afnemende groei en sociale ontwrichting. Hoe kunnen we daar verandering in brengen?
Pogingen om van een gediversifieerd Europa politieke en monetaire eenheidsworst te maken werken niet, dat is wel gebleken. De verschillen zijn te groot. Daar komt bij, dat juist die verschillen cachet geven aan ons continent. De Portugees is geen Nederlander, de Spanjaard geen Duitser. Is dat erg? Geenszins, sterker nog: onze kracht ligt in onze verscheidenheid. Alle pogingen om die diversiteit om te vormen tot uniformiteit zijn tot mislukken gedoemd. De volkeren van Europa zijn te verschillend, hebben hun eigen taal, cultuur en identiteit en dit moet men accepteren en respecteren. Wie dat tracht te uniformeren jaagt windmolens na. En die hebben we al meer dan genoeg, ook al dankzij de Brusselse eurocraten.
Maar nu terug naar de monetaire economie. Ook daar wil de EU uniformiteit. One currency to rule them all. Maar dat gaat niet werken. De Latijnse mentaliteit is een hele andere dan de Nederduitse. Deze vaststelling zou voor elk mens met gezond verstand al reden genoeg moeten zijn om wakker te worden uit de eurodroom, maar de werkelijkheid is anders. En daarom moeten columnisten als ik dag-in-dag-uit achter het toetsenbord, om uit te leggen hoe gevaarlijk en allesvernietigend die eurodromen zijn. Maar feit is ook, dat de euro er is, al tien jaar. Feit is ook, dat het financiële stelsel (banken, pensioenbeleggers en bedrijfspensioenfondsen) internationaal verweven is met nationale overheden. Het is één groot kluwen van vorderingen over-en-weer. Dat maakt een gestructureerde terugtocht lastig, maar niet minder noodzakelijk. En dat die ontvlechting gepaard gaat met (hoge) kosten, is evident. Het is dus zaak die kosten zoveel mogelijk te beperken en een oplossing te zoeken, die de geringste bijwerkingen met zich meebrengt. Zowel voor Noord als voor Zuid-Europa.Tegelijkertijd zal de Franse hegemonie moeten worden teruggedrongen, aangezien die bedreigender is voor de stabiliteit in Europa dan wat dan ook.
De Frans-Duitse tegenstelling mag dan door Mitterand en Kohl bij het ondertekenen van het europact even 'begraven' zijn, daarmee is zij niet verdwenen, sterker nog, onder de oppervlakte is zij groter dan ooit. Frankrijk heeft Duitsland niet alleen de euro ingerommeld, maar ook, sinds 2010, in allerlei noodhulp fondsen, waarvan het permanente financieringsmechanisme, het ESM, de "bekroning" vormt. Wat nu dreigt te gebeuren is, dat de Duitse belastingbetaler permanent opdraait voor de tekortlanden, inclusief Frankrijk. Dat gaat Otto Normalverbraucher natuurlijk nooit accepteren. Er komt dan ook steeds meer (Duitse) kritiek op de euro. Vandaag voegde prof. dr. Kai Konrad van het regeringsgezinde Max Planck Instituut zich bij de grote schare aan eurocritici. Volgens Konrad is de euro over vijf jaar verleden tijd. En volgens hem ligt er dus wel degelijk een Plan B klaar, zoals eerder gesteld. Grote vraag is echter: hoe realiseren we het beste van twee werelden, het binnenboord houden van Frankrijk én het verminderen van de europese schuldenberg door de zwakke landen hun absoluut noodzakelijke monetaire devaluatie mogelijk te maken? 
We hebben gezien dat de huidige weg van stringente bezuinigingen, hervormingen en interne devaluatie voor zwakke eurolanden niet werkt. Sommigen suggereren dan maar een interne revaluatie voor de sterke eurolanden. Maar dat werkt natuurlijk ook niet, want leidt tot hyperinflatie in de sterke eurolanden en een enorme afroming van de spaaroverschotten. Blijft over monetaire devaluatie van zwakke landen. Daarbij zijn er twee smaken: ofwel de euro verdwijnt ofwel de euro blijft bestaan. In dat laatste geval zijn er weer twee varianten: parallelle muntsystemen á la Markus Kerber of de parallelle rekeneenheden van TMS.
TMS biedt een aantal voordelen boven parallelle muntsystemen 'sec'. Er vindt geen kapitaalvlucht plaats, het kan meteen geïmplementeerd worden (geen Verdragswijziging nodig), de inflatie kan via het wisselkoersmechanisme ECU-ERM onder controle worden gehouden en TMS versterkt de Interne Markt. Maar het belangrijkste is misschien nog wel dat onder het flexibele monetaire systeem van TMS geen vergaande soevereiniteitsoverdracht van nationale bevoegdheden richting Brussel nodig is. Zie onder andere hier en hier.
Met het ECU-ERM van TMS voert elk euroland een nationale rekeneenheid (NCU) in, die dan monetair gedevalueerd kan worden, maar waarmee dat euroland ook haar eigen rentebeleid kan voeren. Dat is de basis. TMS maakt dus onderscheid tussen de rekenfunctie en de betaalfunctie van geld. Door deze scheiding aan te brengen kunnen er NCU's (nationale rekeneenheden) gebruikt worden voor binnenlandse transacties, terwijl de euro gewoon blijft voortbestaan als enig wettig betaalmiddel binnen de gehele eurozone en als rekeneenheid voor grensoverschrijdende transacties.
Door de monetaire devaluatie en nationaal gericht rentebeleid kunnen de economieën van de zwakke landen zich herstellen, er worden weer winsten gemaakt, ook door de banken, die daarmee hun kapitaalpositie kunnen versterken en staatsfinanciën zullen verbeteren. En in plaats van het door belastinggeld gefinancierde ESM introduceert TMS een 'bankenplan of afwikkelmechanisme' bestaande uit de EBBCS (European Bank for Capital Support), die zorgt dat de systeembanken overeind blijven en het financiële stelsel blijft functioneren. Het toezicht op die systeembanken wordt weggehaald bij de ECB en neergelegd waar het hoort: bij de EBA (European Banking Authority), die tevens zorgt voor de afwikkeling van failliete niet-systeem banken.
Het ESM kan direct weg, en bail outs zijn voortaan verboden. In plaats van dat er belastinggeld wordt gebruikt voor de herkapitalisatie van banken, wordt dat nu betaald door reële economische groei. De macro-economische onevenwichtigheden tussen eurozonelanden worden weggenomen door de monetaire devaluatie mogelijkheid van de NCU's. En dit alles binnen het bestaande Europact. 
Mooier kunnen we het niet maken, in plaats van een rigide 'one-size-fits-all' euro biedt TMS een flexibel monetair model, dat direct toegepast kan worden. Met recht the best of both worlds.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten