De mens lijdt het meest onder het lijden, dat hij vreest.
Doch dat nooit op komt dagen.
Zo heeft hij meer te dragen dan God te dragen geeft.
Een gastbijdrage van Fred Udo.
De vraag hoeveel engelen op de punt van een speld konden zitten was een brandend probleem in de 17e eeuw. In onze tijd is de vraag hoeveel graden de aarde in 100 jaar opgewarmd zal zijn – voor velen een vraag die hun leven beheerst. De vraag is van dezelfde orde als de vraag over de speldenpunt, want een antwoord op de klimaatvraag is er niet en kan niet gegeven worden. De reden is, dat de aardse atmosfeer een chaotisch systeem is, waarvan het gedrag tot nu toe een mysterie is, en dat blijft waarschijnlijk nog wel even zo.
Het aanwijzen van een menselijke oorzaak voor de opwarming van de aarde in een interglaciaal tijdperk is een versimpeling van een multidimensionaal probleem tot een eendimensionaal lineair model, dat weliswaar iedereen begrijpen kan, maar dat geen verklaring kan geven voor het gedrag van ons klimaat. Het voorspellend vermogen van deze modellen is aantoonbaar nihil.
Fysisch is het bouwen van eendimensionale modellen over het klimaat dus niet zinvol, maar in de politiek zijn deze modellen dodelijk effectief, want de Amerikaanse publicist H.L. Mencken zei al lang voordat het klimaatprobleem uitgevonden was:
The whole aim of practical politics is to keep the populace alarmed (and hence clamorous to be led to safety) by menacing it with an endless series of hobgoblins, all of them imaginary.
Het eendimensionale model zegt, dat met toenemende kooldioxide concentratie de temperatuur van de aarde zal stijgen. Hoeveel is niet bekend, maar de politiek neemt aan,
a. dat het veel is en
b. dat die hoge temperatuur tot rampen leidt (IPCC).
Beide conclusies zijn op drijfzand gebaseerd, maar aannemende dat deze hobglobins een kern van waarheid bevatten, dan is de vraag: kan de CO2 concentratie überhaupt worden teruggedrongen? Zo niet, dan is het alleen zinvol te discussiëren over aanpassing aan de gevolgen.
De voorstanders van mitigatie doen alsof de CO2 concentratie succesvol kan worden aangepakt. Het kost wat, maar:
Lukt het niet, dan hebben wij nog altijd een mooi duurzaam energiesysteem.
Op deze droom past het beroemde citaat van Elschot:
maar doodslaan deed hij niet, want tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren.
Mijn stelling is, dat het verminderen van de CO2 concentratie in de atmosfeer technisch onmogelijk en waarschijnlijk onwenselijk is.
Een simpele berekening over de invloed van grote hoeveelheden windmolens en zonnepanelen doet inzien, dat de wereld daar niet mee gered zal worden. Een emmer is een heel efficiënt middel om water te vervoeren, maar emmers worden toch weinig gebruikt in de regionale drinkwatervoorziening. Kernenergie is de enige vorm van energie, die in staat is om een substantiële bijdrage te leveren aan een samenleving met minder fossiele brandstoffen, maar die oplossing is effectief in de ban gedaan door machtsbeluste groenactivisten. Zonder deze ban zou het hele klimaat van de politieke agenda verdwijnen, want na kernenergie komen er zeker andere technieken om fossiele brandstoffen te vervangen. Het gekrakeel om een paar graden temperatuurverhoging zou verdampen in het vertrouwen in een toekomst met goedkope en betrouwbare energie. Het woord 'sustainable' zou van zijn connotatie groen ontdaan zijn en teruggegeven worden aan de echt bruikbare toepassingen van de moderne techniek. Het woord energiesubsidie zou onbekend zijn gebleven.
Het opleggen van het 'groene' ideaal aan de wereld is zelfs immoreel, want daarvoor is het nodig om de armen van deze wereld goedkope en betrouwbare energie uit kolen en gas ontzeggen. Daarmee wordt de enige weg die hun openstaat naar lotsverbetering, afgesloten. Goedkope energie is het fundament van welvaart. De luxe van dure en ineffectieve speeltjes als windmolens en zonnepanelen kunnen wij ons alleen veroorloven dank zij een welvaart, die verkregen is door anderhalve eeuw exploitatie van goedkope energie. Zonder een bovenmodaal salaris met een vaste aanstelling gaat men geen doemscenario’s opstellen over de gevolgen van het koken van het dagelijkse potje rijst.
Volgens mij is het maken van doemscenario’s ook met bovenmodaal salaris en vaste aanstelling een nutteloze bezigheid.
Aldus Fred Udo.
Voor mijn eerdere DDS–bijdragen zie hier.