Het is inmiddels alweer vier jaar geleden dat uitzetting dreigde voor de Angolese asielzoeker Mauro Manuel. Na veel politiek gewik en geweeg kreeg hij dat. In De Volkskrant vertelt hij hoe het nu met hem gaat.
In 2011 barstte in Nederland een grote politieke discussie los over de verblijfstatus van Mauro Manuel. Ook op deze site verschenen felle opinie-artikelen over de kwestie. Centraal stond de Angolese jongen die niet aan de regels voor een verder verblijf voldeed, maar volgens medestanders een prima verblijf in Nederland kon worden gegund. Hij sprak immers de Nederlandse taal en had hier een opleiding genoten. In Angola - waar hij in 2002 als klein jongetje door z'n ouders moederziel alleen op een vliegtuig is gezet - kende hij niemand.
Uiteindelijk trokken Mauro en zijn politieke medestanders aan het langste eind en werd een foefje gevonden om Mauro via een studentenvisum in Nederland verder te kunnen laten verblijven. Inmiddels werkt Mauro op de IT-afdeling van een Brabantse school:
'Het gaat goed met me, ja goed. Ik heb een baan, ik heb een vriendin, ik ben nu 22. Het gaat voor mij langzaam de goede kant op. Ik ben systeembeheerder op een middelbare school in Eindhoven. Ik moet zorgen dat alle computers en systemen blijven werken, de problemen oplossen. Ik werk daar sinds februari 2014.
'Ik had geluk met het krijgen van een baan. Ik werkte eerst in een computerwinkel, waar mijn contract na drie jaar niet werd verlengd. Mijn toenmalige baas kende de netwerkbeheerder van die school. Ze zochten iemand. Ik ging op gesprek en ze waren direct enthousiast. Een week later kon ik beginnen.
Hij vertelt over z'n roem en dat hij nog altijd herkend wordt. Mauro zegt zich altijd Nederlander te hebben gevoeld, en roemt de warmte van het volk toen bleek dat hij toch mocht blijven hier. Maar hij hekelt ook het beeld dat de media van hem neerzetten: als de jongen 'met de traan'. Mauro bijt van zich af: "Alsof ik een klein kind ben. Ik vind mezelf ook niet zielig. Nooit gevonden ook."
In de toekomst wil Mauro een house-dj worden. Hij ziet dat al helemaal zitten. De bekendheid heeft hij al, en nu nog de muziek, vertelt Manuel. "Dan zou ik pas trots zijn," aldus de geboren Angolose jongen.