Hypotheekrente is marktverstorend, maar lastenverhoging is erger

Ronald Gerritse, topman van de Autoriteit Financiële Markten (AFM), heeft zich eerder vandaag uitgesproken voor een beperking van de hypotheekrenteaftrek. Zijn argument hiervoor is dat de grote private schuld ons land economisch kwetsbaar maakt: we moeten de mensen niet aanmoedigen om te lenen, zegt hij eigenlijk.

Op zich heeft hij daar een punt. Klaas Knot van de Nederlandsche Bank (DNB) pleitte om diezelfde reden al eerder voor een inperking van de hypotheekrenteaftrek. Het is een feit dat het een verstoring van de markt is, waar we eigenlijk vanaf moeten.

Aan de andere kant de hypotheekrenteaftrek afbouwen is niets anders dan een ordinaire belastingverhoging. Gerritse en Knot zien daar wel brood in, want dan krijgt de staat meer inkomsten. Dat klopt – ten koste van de huizenbezittende burger, die duurder uit is. Ook dát is, anders dan wat etatistische economen graag verkondigen, heel slecht voor de economie.

In een tijd van crisis is het niet de bedoeling om de burger verder uit te zuigen, maar juist om de overheid flink in te perken en de belastingen structureel te verlagen. Op die manier herwint de burger niet alleen koopkracht, maar ook bestedingsvrijheid. Gelijktijdig treedt de overheid terug, door afstoting van taken. Die taken worden overgenomen door de private sector, hetgeen nieuwe banen schept. Vergeet niet: banen die de overheid maakt, worden betaald met belastinggeld. Daar heb je niets aan. We moeten échte banen scheppen, in de private sector.

Het inperken of afbouwen van een aftrekpot op de belastingen, zoals Gerritse en Knot bepleiten, draagt dan ook bij aan precies de verkeerde ontwikkeling: meer belasting, meer overheid, minder vrije besteding door de burger.

Ja, de hypotheekrenteaftrek is marktverstorend, en we moeten er van af. Maar dat is enkel acceptabel als de belastingen met een evenredig bedrag worden verlaagd. De burger mag er niet duurder door uit zijn, want dat drijft ons enkel verder de crisis in.