Een uitgeprocedeerde vrouw uit Angola en haar drie kinderen, die in het AZC in Ter Apel zitten, mogen niet op straat gezet worden. Dat heeft het Gerechtshof in Den Haag bepaald in het kort geding dat door de Staat was aangespannen.
De vrouw heeft meerdere keren asiel aangevraagd, maar deze aanvragen werden telkens afgewezen. De vrouw weigert echter mee te werken aan het krijgen van reisdocumenten voor de terugkeer naar Angola.
Het Hof bepaalde eerder al dat de kinderen niet de dupe mogen worden van de opstelling van hun moeder; de kinderen mochten dus met hun moeder niet op straat komen te staan. Daarom werd het gezin tijdelijk opgevangen in Ter Apel.
De Staat bedacht intussen een oplossing waarbij moeder en kinderen van elkaar gescheiden zouden worden. Maar het Haagse Hof is van oordeel dat het belang van de kinderen om bij hun moeder te blijven, zwaarder weegt dan het belang van de Staat om de Angolese vrouw uit te zetten. Het is onduidelijk of de Staat in cassatie gaat.