Is Het Financieele Dagblad (FD) een krant die discriminatie hoog in het vaandel heeft staan? Daar heeft het alle schijn van, want de krant staat bol van identiteitspolitiek. Identiteitspolitiek is het beleid waarin mensen collectief in raciale hokjes worden gedeponeerd. Men wordt beoordeeld, geselecteerd en al dan niet op het paard gehesen naar gelang de groep waarvan men deel uitmaakt. Het is ziek, racistisch en verwerpelijk. Het negeert de kwaliteit van het individu. Martin Luther King heeft er in 1963 nog zo voor gepleit om mensen op hun karakter en hun inhoud te beoordelen, maar niet op datgene waar ze niets aan kunnen doen, zoals hun kleur. Frits Bosch geeft drie recente voorbeelden ervan in het FD.
Tanja Nagel is per 1 juli van dit jaar benoemd tot voorzitter van het bestuur van Dutch Securities Institute. Het FD-interview met haar, gehouden op die dag, luidt “Tanja Nagel is messcherp in wat wel en niet kan”. Ze is “tegenwoordig” voor een vrouwenquotum bent, want “we kunnen toch niet wachten tot 2050”? Nee, dat is juist en dat doen we ook niet. Vrouwen manifesteren zich in hoge mate op diverse werkvloeren. Ik meen zelfs dat onze toekomst vooral feminien is, zonder dat daar een vrouwenquotum voor nodig is. Daarvan wegkijken en doen alsof dit niet het geval is, lijkt me leugenachtig.
Er zijn vele vrouwen die een vrouwenquotum niet zinvol en discriminatoir vinden, met name voor vrouwen zelf. Barbara Baarsma in het FD: “Schei toch uit over vrouwenquotum aan de top. Het probleem zit onderin”. Aylin Bilic in NRC en Telegraaf : “Keukentafelfeminisme van de bovenste plank. Nieuwe feministen zijn doorgeslagen in hun dwangmatige hang naar vrouwenvertegenwoordiging ? Ze redeneren steeds vaker vanuit een slachtofferrol. Mannen zouden de wereld regeren en de vrouw delft per definitie het onderspit.” Nagel is het daar natuurlijk per definitie niet mee eens. Zij was eerst niet voor een vrouwenquotum, nu blijkbaar wel. Ze heeft zich recent laten omturnen en gaat niet weer van mening veranderen, toch? Het gaat haar nu niet snel genoeg. Ze wil meer macht voor vrouwen. Het draait telkens om macht, niet om empathie, niet om inclusie, niet om “goed voor bedrijfsleven en instellingen”, nee het draait geheel om macht. Mannen moeten weg of opschuiven voor de ‘new kids on the block’. Is ze mannenhater? Ze wil dat ook andere vrouwen meer macht krijgen zoals u nu krijgt. Voelt het goed, de macht die verstrekt is?
Naar ik aanneem is Tanja Nagel op haar toppositie zelf niet het resultaat van een vrouwenquotum. Ze is geen excuustruus. Hoe discriminerend zou het zijn als ze wel op die basis deze positie zou hebben verkregen. En hoe discriminerend zou het zijn voor ‘witte mannen’ als zij de functie niet zouden hebben verkregen vanwege een excuustruus? Ik ben dus blij met de recente uitspraak van het College voor de Rechten van de Mens inzake TU Eindhoven. De uitspraak geldt ook het vrouwenquotum. Volgens de Algemene Wet Gelijkwaardige Behandeling is discriminatie op basis van LGHTBQI niet toegestaan. Dus ook niet op basis van geslacht.
In mijn boek “Feminisme op de werkvloer“ zijn het met name vrouwelijke hoogleraren die met het vrouwenquotum iets trachten te rechtvaardigen. Het is tevergeefs, discriminatie valt niet wetenschappelijk te onderbouwen. Maar de wereld wil bedrogen worden en is gedoemd om teleurgesteld te worden. Ze zou messcherp zijn ‘in wat wel en niet kan’. Dat valt wel mee, want een vrouwenquotum kan echt niet.
Slavernijverleden
Ander voorbeeld over hoe ver het Financieele Dagblad gezonken is met betrekking tot identiteitspolitiek. Edith Hooge, voorzitter van de Onderwijsraad en hoogleraar onderwijsbestuur aan TIAS, Universiteit Tilburg, schreef op 30 juni een artikel genaamd “Creëer volop ruimte op school voor discussie over discriminatie en bijbehorend onderwijsaanbod”.
Over discriminatie stem ik in met de opmerking dat er te eenzijdig wordt omgesprongen met ons slavernijverleden. Hooge zal weten dat de slavernij van Nederlandse zijde het voorbeeld is geweest van een morbide samenwerking tussen zwart en wit. Voor Nederland was slavernij een marginale aangelegenheid, en maximaal 5% van de Nederlandse economie bestond uit slavernij gerelateerde activiteiten. Daarbij werd hoogstens 5% van de transatlantische slavenhandel werd gedaan door Nederlandse schepen.
De slavernij is een bescheiden voorval in onze lange historie. Nederland heeft geen slavenarbeid gekend, zoals in Noord Amerika wel het geval is. Onze slavenhistorie is dus een geheel andere dat van Amerika. Bovendien waren slaven niet alleen zwart maar ook wit. Slavernij was vooral een Arabische, Romeinse en Noord Afrikaanse aangelegenheid geweest. Hedentendage komt volgens de Global Slavery Index vooral slavernij voor in Noord-Korea, Afrika, het Midden-Oosten en Siberië in Rusland. Er is geen c.q. amper slavernij is Europa. Er is amper racisme is Europa, zoals wel in vele gebieden daaromheen. Niet voor niets willen veel gekleurde mensen naar Europa komen.
Genocide is er nog steeds in Burkino Faso, Mali en Niger. Moord en doodslag is er onder Zuid-Afrikaanse boeren. Het is goed dat er nu volop aandacht is voor ons slavernijverleden. Het verhandelen van slaven was en is vooral een activiteit van gekleurde mensen onderling. Het is niet goed om erin te zwelgen en gekleurde kinderen wrok en rancune bij te brengen richting witte mensen. Het plaatst hen in de slachtofferrol waar ze moeilijk uitkomen.
Leest u bijvoorbeeld de boeken van prof. Piet Emmer, “Zwart-wit denken voorbij” en “De Nederlandse slavenhandel. 1500-1850”. Emmer schetst een genuanceerd beeld over de Nederlandse slavenhandel, maar het lijkt er op dat men niet genuanceerd wilt zijn, althans niet als het om wetenschappelijke feiten gaat.
Als Edith Hooge wil kan ik haar een literatuurlijst sturen. Waarom richt ze zich op zaken in het verleden in plaats van onheil waar wat aangedaan kunnen worden in het heden? Waarom opeens al dat zwelgen in slavernij? Waarom als kuddedieren achter elkaar aanlopen over slavernij en kolonialisme, ondanks al het gedenken daarvan dat we jaarlijks doen? Waarom zo deemoedig het hoofd buigen in zelfhaat? Waarom knielen, vuist omhoog, de gestrekte hand volgt nog, en op de grond liggen? Fascisme is terug vermomd als anti-fascisme, Antifa. Waarom al die indoctrinatie van onze jeugd? Ik hoop dat er ook een einde komt aan de eenzijdige berichtgeving over ons kolonialisme dat zowel fout als goed geweest.
Silicon Valley
Terug naar het identiteitspolitiek bedrijvende Financieele Dagblad. Eva Schram, freelance journalist in Silicon Valley schreef op 2 juli “Waarom Silicon Valley nog altijd het domein van witte mannen is”. Ze meldt dat in de VS slechts 1% van de miljarden aan durfkapitaal naar mensen van kleur gaat. Na BLM protesten richten durfinvestereerders nu in allerijl fondsen op voor achtergestelde groepen.
Maar daarmee is volgens haar het denkbeeld dat alleen man, wit en macho tot succes kan leiden nog niet verdwenen. Het zouden symbolische initiatieven zijn. Schram is blijkbaar geobsedeerd door kleur en geslacht. We noemen dat racistisch. Maar zij vindt zichzelf uiteraard geen racist. Ze meent dat ze juist het tegendeel bent van een racist. Haar vrolijke foto bij het artikel spreekt een ander verhaal dan de tekst.
Ze geeft blijk van minachting voor blanke witte mannen die volledig gaan voor hun IT droom. Ze vindt dat de gendertransitie te langzaam gaat, maar tegelijk zegt u dat “in de laatste drie jaar het aantal deals met een team van alleen (mooie inclusie is dat!!!) vrouwelijke oprichters met 65% is gestegen.” Dat lijkt me niet verkeerd. Waarom al dat klagen als de gang er al goed inzit? Is Schram een hater van witte blanke mannen? Ze is vol van identity politics. Haar tekst is discriminatoir en racistisch.
Kortom: laat het FD goede nota nemen van de TU Eindhoven-uitspraak, en stoppen met dit soort discriminatoire en polariserende artikelen. Hoofdredacteur Prisco Battes heeft me gezegd dat hij zo rechts is. Nou, dat lijkt wel mee te vallen...
Frits Bosch, auteur van “Risico als obsessie”, “Dat is het risico”, “Wereld op een keerpunt” “Onbehagen bij de elite”, “Schaft ook Nederland zich af?” en “Feminisme op de werkvloer”.