Uit de meest recente peiling van Maurice de Hond blijkt dat het electoraat geen vertrouwen heeft in de toekomst van de Europese Unie.
Slechts 32% van de ondervraagden
denkt dat het "uiteindelijk wel goed komt" met de EU. De rest van de kiezers is ervan overtuigd dat de Unie voorbestemd is om te mislukken. 4% heeft geen mening, de rest gelooft dat de EU over een paar jaar niet langer zal bestaan; niet in de huidige opzet.
Van de andere mogelijkheden is "de hele eurozone valt uit elkaar, maar Nederland zal met andere landen wel doorgaan met een munt" met 29% het populairst. Ook zijn er veel mensen die denken dat "één of meer landen uit de unie gezet zullen worden" (namelijk: 24%). Tenslotte denkt een kleine minderheid (van 11%) dat ieder land uiteindelijk zal terugkeren naar de eigen munt.
Het zou voor Nederland zeer logisch zijn om een munt te hebben met de sterke(re) Benelux landen plus Duitsland. We doen veel zaken met die landen, er bestaat voorlopig geen gevaar dat de economieën van deze landen binnenkort in elkaar zullen storten (tenminste, niet op de manier waarop dat geldt voor Griekenland, Italië, Spanje, etc.), dus ach: waarom niet? Op die manier houden we het allemaal overzichtelijker en beperken we het risico op toekomstige problemen. Natuurlijk kunnen we terugvallen op de gulden - en dat is wat mij betreft zeker óók een optie - maar ja: een grotere markt heeft zo zijn voordelen. Die kunnen en moeten we niet zomaar willen negeren.
Verder is het opmerkelijk dat een meerderheid van 56% nu zegt dat we nooit mee hadden moeten doen met de euro. Volgens de Nederlandse kiezer hebben we er dus te weinig voordeel, en te veel nadelen, van gehad.
Opvallend genoeg is de CDA-kiezer relatief best pro-EU en pro-euro. 56% van de CDA'ers vindt dat het goed is dat we de eurozone hebben gevormd (vergelijk dat met 38% van de VVD'ers en 8% van de PVV'ers). Dit houdt dus in dat CDA-leiders zich de komende weken niet ál te sterk tegen de EU kunnen keren. Ze moeten rustig blijven en kiezers op rationele wijze uitleggen waarom de euro heeft afgedaan, waarom Italië niet geholpen kan worden en waarom we moeten uitkijken naar alternatieven voor de huidige constructie.
Al met al is het duidelijk dat wij - de Nederlandse kiezers - weinig fiducie hebben in de mogelijkheden van de EU om deze crisis te boven te komen (zonder de unie grondig te hervormen, tenminste). Wat dat betreft heeft het er alle schijn van dat de gemiddelde kiezer een grotere realist is dan de zelfverklaarde politieke elite, die over het algemeen de voorkeur geven aan de bekende struisvogelstrategie: see no evil, hear no evil, gewoon je kop in het zand steken.