Dat de geheime diensten af en toe vrij incapabel zijn, komt niet als een verrassing. Sterker nog, bij genoeg aanslagen wisten 'de autoriteiten' al van de daders en hielden ze hen in de gaten. Dat er dan alsnog een aanslag gepleegd wordt, is dan een grote misstap. In Frankrijk wisten ze zelfs van een aanslag op een kerk, maar deden ze er niets aan. Een Franse inlichtingendienst wist een week voor de aanslag op de kerk in Normandië in 2016 dat terreurbeweging IS een aanslag beraamde op een kerk. De Franse onderzoekssite Mediapart schrijft dat een agent de plannen voor de aanslag onderschepte, maar dat de inlichtingen vastliepen in de bureaucratie. Volgens de site zijn achteraf documenten vervalst om de blunder te verdoezelen.
En dit is dan nog maar de Franse
inlichtingendienst, maar Europabreed werken geheime diensten samen om dit soort aanslagen te voorkomen. Als men net als in dit geval, niet de capaciteiten heeft, of ze zichzelf in de weg lopen, dan zijn er grote gevolgen. In dit geval de dood van een priester, Jacques Hamel, in Saint-Étienne-du-Rouvray waarbij de keel werd doorgesneden. Een symbolische en religieuze aanslag op het christendom in Frankrijk.
Natuurlijk, inlichtingendiensten verijdelen vaak aanslagen, maar elke misstap kan de genadeslag zijn. Dit is een bureaucratische misstap die in het geheel gewoon vermeden had kunnen worden. Dat deze inlichtingendienst dan ook nog bronnen en informatie manipuleert of verwijdert, is al helemaal een schot in het vertrouwen van de burgers in deze diensten. Hoe vaak gebeurt dat en gebeurt dat ook in andere landen? Een serieus probleem waar de politiek er bovenop moet zitten.