De premiers van Groot-Britannië, Italië, Spanje en negen andere Europese landen, waaronder Nederland, hebben hun collega's en de Europese Commissie vandaag opgeroepen om de nadruk vooral op groei te leggen.
Bezuinigen is belangrijk, schrijven zij. Zonder een streng begrotingsbeleid "zullen we niet de fundamenten leggen van een krachtig en duurzaam economisch herstel. Maar daadkracht is ook nodig om onze economieën te moderniseren," aldus de regeringsleiders.
De ondertekeraars van de brief zijn zonder uitzondering conservatieven en liberalen. Onder hen de premiers van de Baltische staten, Polen, Slowakije en Zweden. Deze landen hebben de afgelopen jaren tal van markthervormingen doorgevoegd die hun economieën concurrerender hebben gemaakt. Nu roepen zij andere landen op om hetzelfde te doen.
"Ten eerste moet de gezamenlijke markt een nieuwe fase ingaan." Met name in de dienstensector is nog werk te verrichten. "Diensten zijn nu goed voor viervijfde van onze economie en toch is nog veel te doen om de dienstenmarkt op de schaal open te breken die nodig is."
Deregulering is daarvoor noodzakelijk. Europa doet daartoe al pogingen maar het gaat de schrijvers van de brief niet snel genoeg. Terwijl regels aan de ene kant worden geschrapt komen ze er aan de andere kant bij. Vandaar dat zij de Europese Commissie vragen om jaarlijks het economisch effect van alle reguleringsvoorstellen die in het jaar ervoor zijn gedaan te analyseren. Zo krijgen burgers en overheden een duidelijker beeld van wat alle regeldruk, letterlijk, kost.
Online moet de interne markt worden uitgebreid. Handel en creativiteit worden door verschillende versies van rechtsbescherming beperkt. "Actie op EU-niveau is vereist om bedrijven en consumenten de middelen en het vertrouwen te bieden om online te handelen." De premiers pleiten voor deregulering en een harmonisering van nationale wetgeving.
Ten derde kan de interne energiemarkt worden versterkt. "Er moet snel gehandeld worden, op nationaal niveau en waar nodig collectief, om barrières weg te nemen die door planning en regelgeving zijn opgeworpen en investeringen in infrastructuur belemmeren." De Europese energiemarkt hangt van de wetjes aan elkaar. De regulering van emissies, milieubelastingen en het tegenwerken van nieuwe energiebronnen, waaronder schaliegas, zijn de meest trefferende voorbeelden. De overheid zit energie in de weg. Er moet flink geliberaliseerd worden.
Ook roepen de rechtse leiders op tot een actiever handelsbeleid. "Dit jaar zouden we vrijhandelsverdragen met India, Canada, onze Oosterse buren en een aantal ASEAN partners moeten sluiten." Ook liggen er afspraken op tafel met Japan en Zuid-Amerika. Wanneer al deze deals worden doorgevoerd levert dat het Europese bedrijfsleven jaarlijks 90 miljard op.
Ook met China, Rusland en de Verenigde Staten zouden de handelsbetrekkingen moeten worden verbeterd. "We moeten boven alles de verleiding van het protectionisme in onze handelsrelaties van de hand wijzen."
Ten slotte zou het aantal beschermde beroepen omlaag kunnen zodat de arbeidsmarkt in heel Europa flexibeler wordt gemaakt. Mensen moeten in verschillende landen kunnen werken zonder dat hun pensioenopbouw erdoor in gevaar komt. Diploma's en beroepskwalificaties moeten in alle Europese landen worden erkend.
Na alle (terechte) aandacht voor bezuinigen is er grote behoefte aan een rechtse groeiagenda. De politieke leiders van Europa moeten duidelijker maken waarom hervormingen, die nu hand in hand gaan met bezuinigingen, niet slechts of zelfs niet primair bedoeld zijn om het begrotingstekort te dichten maar vooral de economische groei aan kunnen jagen. Een vrijere diensten- en energiemarkt, minder regelgeving zowel on- als off-line en een Europese arbeidsmarkt die echt dynamisch is zijn daarvoor randvoorwaarden. Nog teveel beschermen landen liever hun eigen economieën. Zij zien niet in dat open grenzen en vrij ondernemerschap meer groei en meer banen opleveren.
Dat Frankrijk de brief niet heeft ondertekend is dan ook geen verrassing te noemen. Dat de Duitse bondskanselier afwezig is, is wel opvallend. Is dit niet juist het soort beleid waar ook zij voor strijd?