Een jood is veiliger in Boedapest dan in Amsterdam

Geen categorie04 jun 2014, 13:59

Viktor Orban, de Hongaarse Pim Fortuyn, en Jobbik.

Mijn vriend zei je hoort alleen maar dat Hongarije een vreselijk antisemitisch land is. En dat geloof ik ook. Ik antwoordde dat joden zich in Boedapest veiliger voelen dan in Amsterdam. 

Niettemin stimuleerde deze opmerking mij om dieper in te gaan op het antisemitisme in Hongarije en het standpunt van Fidesz en Orbán hierover.

De situatie nu

Ik heb niet de indruk dat de joden in Boedapest zich niet veilig voelen. Ik kom er drie keer per jaar. De joodse wijk vlakbij het centrum lijkt een beetje op de joodse wijk in Rome. Orthodoxe joden lopen zonder vrees in hun zwarte kleren met peies (gekrulde haarlokken) en tsietsiet (gedenkkwastjes). De wijk is vol joodse en niet-joodse restaurants en het is een geliefde uitgaansplek voor joden en niet-joden, jong en oud. 

Vlakbij het parlement is er aan de kade van de Donau een 40 meter lang, indrukwekkend monument van 60 paar metalen schoenen ter herinnering aan de joden die door de Pijlkruisers in de Tweede Wereldoorlog zijn gefusilleerd. 

De joodse gemeenschap onderhoudt goede contacten met de regering Orban. In mei 2013 werd het Joodse Wereldcongres in Boedapest gehouden. Viktor Orbán trad op als gastheer van het congres en hield een toespraak. 

De situatie vroeger

Voor de Tweede Wereldoorlog woonden in Hongarije 800.000 joden, waarvan meer dan 600.000 in Boedapest. Elke derde inwoner daar was toen joods. De stad is dan ook vol ongebruikte synagogen. Nu wonen er slechts 40.000 joden in Boedapest. De grootste synagoge in Boedapest is tevens de grootste in Europa en nog steeds in gebruik.

Tot 1943 was de joodse gemeenschap intact, maar toen Hitler de Hongaarse regent Míklos Horthy afzette en verving door de leider van de Pijlkruisers Ferenc Szálasi, werden de Hongaarse joden in luttele maanden zo goed als uitgemoord. Vooral door toedoen van Adolf Eichmann, die later in Israel ter dood werd veroordeeld. 

Jobbik

Jobbik is een fascistische, antisemitische partij, hoewel Jobbik dat ontkent. De partij is in 2002 opgericht door Gergely Pongrátz. Jobbik betekent in het Hongaars de betere, maar ook rechts. Aanvankelijk keurde Jobbik geweld als strijdmiddel af, maar toen zij samen gingen met MIÉP, de Hongaarse partij voor gerechtigheid en leven, een nog racistischere partij, begon Jobbik van de democratische weg af te glijden. Zij richtten paramilitaire groepen op en belaagden openlijk Roma-zigeuners.

Op 5 mei 2013 hield Jobbik in Boedapest een anti-joodse bijeenkomst in verband met het eerdergenoemde Joodse Wereldcongres, dat in Boedapest werd gehouden. Minister-president Orbán wilde de betoging verbieden, maar de rechter deed zijn beslissing teniet.

Orban en Jobbik

Orban heeft deze kwestie op 6 mei 2013 besproken in een interview met de Israelische krant Yedioth Ahronot (het Laatste Nieuws). Over Jobbik zei Orban onder meer het volgende: 

Q: Is the Jobbik party a danger to Hungarian democracy?

A: Yes, it is a real danger, an increasing danger that is rooted in the economic crisis that is seriously affecting the EU. Political trends driven by hate, anger and frustration are appearing throughout the world. Europeans have a tendency to look for a scapegoat and this is always a dangerous thing. We in Hungary must be especially careful to act as categorically as possible against this phenomenon. If we want to protect democracy, we must take a firm stand against Jobbik. Jobbik has developed a political ideology that quite obviously violates the human rights of Jews at both an individual and community level. 

Q: What can be done under the Hungarian Constitution to put a stop to this?

A: Before we came to office, the government adopted a liberal approach to this issue. Their argument was that the law cannot provide a real guarantee against extremist views, including anti-Semitism. The answer must come from society itself. It is true in principle, that society itself, its culture and way of thinking is the best guarantee against views of this nature, but this liberal attitude has not proven itself. The European economic crisis had further exacerbated this danger. It has become clear that we cannot rely on society becoming more well-behaved, balanced and wise. It is the duty of the state to protect its citizens. This is Christian Democratic approach, not a liberal one. When we won the elections in 2010, I clearly stated that the liberal approach to the issue had come to an end, and we would be very firm. We would not allow this kind of limitless, liberal freedom of speech.

Freedom of expression is very important in a democracy, but when there is a conflict between freedom of expression and human dignity, it is something our government cannot accept. We banned Jobbik's paramilitary organizations, which operated unhindered under the liberal government. We have enacted legislation that has made such organizations illegal. We made it clear that incitement and Holocaust denial are punishable crimes according to the Penal Code.  We created a new constitution, unique in Europe in the way it relates to religious and ethnic groups. If someone threatens the dignity of a community, they may be charged according to both the Penal and Civil codes. This is not the case in other European countries and we are proud of it. 

Q: But, you have no other country within the European Union in which a member of Parliament asks that a list of Jews should be drawn up. And this MP is a representative of the third largest party in Parliament.

A: We have an extreme right-wing party in Parliament, which received 17% of the vote. Members of Parliament sometimes make unacceptable statements. If I am present in Parliament when such things are said, I always state categorically that we do not agree with them. Our policy towards anti-Semitism is one of 'zero tolerance'. 

However, this 17% have always been part of Hungarian history; well before the Holocaust, the Hungarian extreme right was full of anti-Semitic figures, and always received the same level of support from our society. It may be true that 17% of the population is anti-Semitic, it is a well-known historical fact, but it has never been more.

Waarom voelen joden zich in Boedapest veiliger dan in Amsterdam?

Hongarije is overwegend een christelijk land. 52% van de bevolking is katholiek en 20% calvinistisch of Luthers. Het Hongaarse antisemitisme stoelde op een residu van het middeleeuwse sentiment van de christenen over de joden: "Zij erkennen Christus niet en hebben hem vermoord."  

Door de Verlichting in Europa, maar ook dankzij verschillende pausen in de tweede helft van de vorige eeuw en het begin van deze eeuw, zijn jodendom en christendom naar elkaar toegegroeid. Zo spreken Fortuyn en andere politici na hem over een joods-christelijke cultuur. Niet de verschillen maar het gemeenschappelijke, zoals de tien geboden en het aanhangen van een positief, monotheïstisch geloof, krijgt de nadruk.

Dit kunnen wij ook terugvinden bij Orbán, die zich altijd positief uit over joden. "De joden zijn een zegen voor ons land", zei hij in hetzelfde interview. Uiteraard draagt deze positieve houding van de regering Orbán bij aan het gevoel van veiligheid van de joden in Hongarije.

In Nederland neemt de tolerantie ten opzichte van joden af. Voelden de joden zich vroeger veilig in christelijk Nederland, nu is dat niet meer het geval. De massa-immigratie uit moslimlanden leidde tot een onveilig gevoel door de negatieve houding van de moslims tegenover de joden. Door het verbond van links met moslims wordt er voortdurend op Israel ingehakt. En door laffe politici, die de moslimhaat jegens joden niet benoemen maar toedekken, zijn de joden vogelvrij als zij - net als in Boedapest - met peies en tsietsiet zouden lopen.

Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten