Dagelijks komen er nieuwe slachtoffers bij.
We mogen ontzettend blij zijn dat het nog is meegevallen met de ebola-uitbraak in de Afrikaanse landen Sierra Leone, Guinee en Liberia. Er zijn tot nu toe 20.000 mensen besmet geraakt door het virus. Bijna 8.000 mensen zijn door ebola overleden, zo heeft de Wereldgezondheidsorganisatie WHO bekendgemaakt.
De cijfers zullen de komende weken, zelfs maanden nog oplopen, maar het ergste lijkt - godzijdank - achter de rug. Het aantal slachtoffers lijkt veel, maar het is eigenlijk behoorlijk weinig. Het had nog veel erger kunnen zijn.
De epidemie had zich bijvoorbeeld kunnen verspreiden naar andere landen die grenzen aan de drie West-Afrikaanse landen, of zelfs naar Europese landen. Maar zoals Michael een paar dagen geleden schreef:
Hoe dan ook, het meest opvallende aan dit bericht is natuurlijk dat de ‘internationale gemeenschap’ er door redelijk vroeg in te grijpen toch voor heeft gezorgd dat de schade van dit virus beperkt blijft. Vergelijk het aantal ebola-slachtoffers maar met die van aids,kanker, malaria, of welke andere beroemde ziekte dan ook. De griep incluis.
Twee maanden geleden gooide Australië de grenzen dicht om ebola. Dat was een slimme zet van het land. Geert Wilders wilde toen ook dat het Europese luchtruim werd gesloten voor ebola-landen. Daar was ik het mee eens. Achteraf gezien kun je makkelijk zeggen: zie je wel, het was niet nodig. Maar daar ben ik het niet mee eens.
In het geval van zo'n uitbraak van een zeer dodelijk virus - hoe goed onze medische wetenschap ook is vergeleken met die van de drie West-Afrikaanse landen - is het verstandig om uitgebreide voorzorgsmaatregelen te treffen om niet het risico te lopen te worden blootgesteld aan zo'n virus.
We hadden prima de grenzen voor die drie landen dicht kunnen gooien. Dat we dat niet hebben gedaan, betekent niet dat het, nu we terugkijken op die bijzonder spannende en soms angstaanjagende eerste maanden van de ebola-uitbraak, verstandig is geweest om het niet te doen. We hebben nu gewoon geluk gehad.