De eerste weken van februari waren voor aanhangers van de rechtse coalitie een beetje frustrerend. Het trio Rutte-Verhagen-Wilders leek bewust met de hand op de rem te opereren: grote debatten werden overgelaten aan de senaatslijsttrekkers, terwijl zij het publieke debat zoveel mogelijk leken te mijden. Het was voor de oppositie dus niet moeilijk om het initiatief naar zich toe te halen. Wanneer kwam nu eindelijk eens het langverwachte tegenoffensief, was een veelgehoorde klacht op rechts - ook hier in de commentsecties. Dat tegenoffensief kwam dus deze week. Het ging af en toe nog een beetje met horten en stoten, maar naarmate de week vorderde slaagden de kopstukken van de rechtse gedoogcoalitie er steeds meer in het initiatief naar zich toe te halen. Af en toe leek het wel alsof ze overal tegelijk waren. Ze domineerden de krantenverslagen, overheersten de televisiezendtijd en waren zelfs op straat alom aanwezig.
Terwijl rechts het nieuws begon te domineren, verdween de linkse oppositie steeds meer naar de marge. De individuele partijen probeerden hier en daar nog wel een snel oppositiesuccesje te scoren, maar de 'ieder voor zich' aanpak zorgde ervoor dat de individuele linkse aanvallen kansloos afketsen op het pantser van de rechtse coalitie. De linkse oppositie oogt daardoor in de aanloop naar de belangrijkste Provinciale Staten verkiezingen ooit machteloos, krachteloos en min of meer onzichtbaar. Als de linkse partijen de komende dagen niet snel overeenstemming kunnen bereiken over een gezamenlijk aanvalsplan voor het afsluitende debat van begin volgende week, is de kans groot dat de linkse campagne als een nachtkaars uit gaat. Afgaande op het recente verleden, lijkt me de kans dat dit scenario in dit late stadium nog vermeden kan worden buitengewoon klein.