Uit een recente Harvard-studie blijkt dat de invloed van NGO's op Amerikaanse berichtgeving over de Derde Wereld, met name Afrika, enorm is. Geldt dit ook voor Nederland?
Onlangs heeft het
Joan Shorenstein Center on the Press, Politics and Public Policy, onderdeel van de Harvard-universiteit,
een artikel (
pdf) gepubliceerd over de invloed van non-gouvernementele organisaties (NGO's) op de Amerikaanse berichtgeving over (de economische omstandigheden in) Afrika. De bevindingen uit de '
discussion paper' geschreven door de gerenommeerde journaliste
Karen Rothmyer, zijn opzienbarend.
Rothmyer beschrijft hoe Afrika er vanaf 1995 hard op vooruit is gegaan: de armoede
neemt in hoog tempo af, de kindersterfte daalt zelfs
in steeds hoger tempo en de geannualiseerde reële BBP-groei bedroeg tussen 2000 en 2008
liefst 5% (veel meer dan in welk Westers land dan ook). De Amerikaanse berichtgeving over Afrika steekt hier schril tegen af: uit Rothmyers onderzoek blijkt dat van de 250 artikelen over Afrikaanse economische omstandigheden die tussen mei 2010 en september 2010 in de tien grootste Amerikaanse kranten en tijdschriften werden geplaatst, 245 artikelen de Afrikaanse armoede noemden. Slechts vijf artikelen noemden daarentegen de sterke BBP-groei.
Rothmyer zocht naar een verklaring en vond deze in de invloed van de Westerse NGO's: om de donaties die zij nodig hebben voor het financieren van hun projecten - en dus ook voor hun eigen voortbestaan - in stand te houden, hebben de NGO's een sterke prikkel om een vertekend, negatief beeld van Afrika in het Westen in stand te houden. In de praktijk leidt dit, zo blijkt uit Rothmyers onderzoek, ertoe dat Amerikaanse journalisten voor negatieve artikelen over Afrika betaald worden door Westerse NGO's die de journalisten tevens van ondersteunende, gekleurde informatie voorzien. Eenzelfde conclusie werd overigens eerder al getrokken door de Nederlandse journaliste Linda Polman in haar Engelstalige boek The Crisis Caravan (2010). Schadelijk bijeffect is dat Westerse bedrijven Afrika nog steeds zien als een plek voor liefdadigheid, niet voor investeringen.
Op Welingelichte Kringen
schreef Gerard Driehuis naar aanleiding van de Harvard-studie:
"Zo'n inventarisatie - wat wordt er over Afrika geschreven en vertoond op tv - zou voor Nederland ook interessant zijn. En dan ook graag: wie heeft voor die verhalen en reportages betaald?"Dat blijkt, op basis van publieke gegevens, niet eenvoudig te achterhalen.
De NRC deed in 2003 al
een onderzoek naar sponsoring bij publieke omroepen en kwam tot de conclusie dat
"de praktijk [leert] dat bijna elk natuur-, milieu- of derdewereldprogramma tot stand komt met extern geld". Ook bleek echter dat de financiering door derden ondoorzichtig is voor het publiek. Daarop volgde de Commissie Integriteit Publieke Omroep die, onder leiding van Hans Dijkstal (VVD), een gedragscode schreef. Eén van de richtlijnen uit de gedragscode luidde dat de publieke omroepen via het eigen internetdomein dienden te publiceren door welke derden hun programma's werden gefinancierd. Helaas is het een
'comply or explain'-bepaling: de omroepen zijn niet verplicht zich eraan te houden, wanneer ze in hun jaarverslag hier een (vage) reden voor kunnen geven. Gevolg is dat, zo bleek uit
een vervolgonderzoek van de NRC in 2009, dat op de EO na geen enkele omroep zich aan deze richtlijn houdt.
Dan maar de andere kant van de geldstroom: de ontwikkelingshulporganisaties.
Die zijn al vaker onder het licht gehouden op DDS, waaruit steeds weer bleek dat hun jaarverslagen verre van compleet zijn of zelfs helemaal geen gedetailleerde informatie geven - ondanks dat ze vele miljoenen aan subsidiegeld ontvangen en dus moeten verantwoorden. Uitzondering op de regel is
de NCDO (volledig gefinancierd met belastinggeld). Deze ontwikkelingshulporganisatie sponsort menig journalist. Niet om een eerlijk beeld van de Derde Wereld te schetsen, maar juist heel bewust om een vertekend beeld van ontwikkelingslanden te schetsen dat mensen stimuleert om geld te doneren aan ontwikkelingshulporganisaties. Zo schrijft de NCDO in
een rapport (p. 20) waarin vijf tv-programma's geanalyseerd worden:
Het gedrag van de kijkers beïnvloeden, blijkt lastiger. Een relatief klein deel van de kijkers zegt naar aanleiding van de documentaires meer geld te gaan doneren. Bovendien is er het verschil tussen hetgeen de respondenten zeggen te zullen doen naar aanleiding van de documentaire en wat ze daadwerkelijk doen. Bij de interpretatie van de uitkomsten van de gedragsvragen dient dan ook de nodige voorzichtigheid te worden betracht.
Interessanter is het om de uitkomsten op deze vragen te vergelijken tussen de verschillende documentaires onderling.
Dan wordt elk programma afzonderlijk beoordeeld. Het criterium is hierbij niet of het programma een accuraat beeld van de Derde Wereld schetst, maar of het de kijker aanzet tot doneren aan ontwikkelingshulporganisaties. Over 'Holland Doc, Ontheemd (IKON, 2009) schrijft men bijvoorbeeld:
Om kijkers aan te zetten om bijvoorbeeld geld te doneren of ze aan te zetten om zelf iets te ondernemen, is een documentaire als Ontheemd duidelijk minder geschikt.
Behalve het analyseren van tv-programma's, deelt de NCDO ook zelf subsidies uit aan journalisten die schrijven voor kranten of aan producenten van tv-programma's. In
haar jaarverslagen van 2006 t/m 2009 verantwoordt de NCDO al haar verleende subsidies. Daaruit blijkt dat haast elke nationale omroep (met name LLiNK) tv-programma's heeft uigezonden en haast elke grote krant (met name De Volkskrant) en elk groot tijdschrift (met name Vrij Nederland) artikelen heeft geplaatst die tot stand zijn gekomen met NCDO-subsidies. Hieronder een overzicht.
Televisie
LLiNK (in 2010 failliet gegaan door financieel wanbeleid)
De afleveringen van de Warzone-reeks hebben vier maal NCDO-subsidies ontvangen, 290.988 in totaal. Ook Expedition Ulimited (80.000), Noise is my voice (5.000), Het is zo fijn om Surinamer te zijn (52.842), In uitvoering (50.000) en African School (13.225) werden door de NCDO gesponsord.
LLiNK ontving bovendien
300.000 van Oxfam Novib. Formeel om een website op te richten. Driehonderdduizend euro's komt overeen met ongeveer negen modale jaarinkomens en de website, een weblog met lijstjes 'tips voor praktisch idealisme', is
hier te zien. De conclusie spreekt voor zich.
NPS (in 2010 gefuseerd in de
NTR)
Verschillende programma's ontvingen NCDO-subsidies, waarvan Music beats Poverty (25.000) en Terug (40.000) vermoedelijk daadwerkelijk aan armoedeproblemen gerelateerd zijn.
AVRO
Drie programma's over (o.a. de economische omstandigheden in) Afrika ontvingen NCDO-subsidies: Door de ogen van Rick van Iersel (5.000), African Parks (100.000) en Door de ogen van de kunstenaar (in totaal 69.364,50).
KRO
Kinds XL (81.000).
VPRO
Tal van NCOD-subsidies ontvangen, waaronder voor Episode III: Enjoy Poverty (
"Renzo Martens stelt in zijn film Episode3- Enjoy Poverty dat het in Afrika niet beter zal worden, dus dat de Afrikanen maar beter kunnen profiteren van hun eigen misère."), gesponsord met 55.000.
IKON
Veel programma's over Afrika ontvingen subsidies van de NCDO: Het regent nog geen kikkers (5.000), ?Paul Rosenmöller ....? (35.000 voor een "televisieserie waarin Paul Rosenmöller met bekende Nederlanders Afrika bezoekt en ontwikkelingsvraagstukken bespreekt"), Afrikaanse Doeners (in totaal 205.700), Dreams That We Carry (50.000), That's life (60.000) en Stille Rampen (100.000 voor opnieuw door Rosenmöller gepresenteerd programma over o.a. "extreme armoede in Niger").
RVU (in 2010 gefuseerd in de
NTR)
Club van 100 (5.000).
RTL 4
Aperitivo zond korte TV-programma's uit over Ghana Netherlands Schoolfeeding Initiative (met 100.000 gesponsord door de NCDO).
SBS 6
Hart in Ontwikkeling (150.000).
EO
"40 afleveringen van een wekelijks televisieprogramma van 25 minuten over internationale samenwerkingmet veel aandacht van initiatieven van mensen, organisaties en overheden in Nederland die een bijdrage willen leveren aan armoedebestrijding in ontwikkelingslanden", gesponsord met 150.000 (de titel van het programma wordt verder niet genoemd).
Lokale omroepen
Bouwen aan de Wereld (acht lokale omroepen, gesponsord met in totaal 120.000), Road2Reality (Omroep Brabant, gesponsord met 70.000) en Kindersterfte in de Vogelkop (L1, gesponsord met 9.500).
Kranten
De Volkskrant
De Volkskrant werkt veel samen met de NCDO. Onder andere reportagereizen van Volkskrant-journalisten (journalisten die de reis maakten en er later artikelen over schreven in de Volkskrant) naar Afghanistan in 2006 (1.894), Biafra (Nigeria) in 2007 (10.000) en naar verschillende landen in Noord-Afrika en Azië in 2009 (9.340) werden door de NCDO gesponsord.
Metro
Ontving in 2009 43.800 voor "vier maal een 1/1 full colour inhoudelijke pagina" over Sierra Leone (Afrika).
De Pers
Ook De Pers werkt veel samen met de NCDO, waaronder een door de NCDO gesponsorde reportagereis naar verschillende landen in Noord-Afrika en Azië in 2009 (9.340, dezelfde reis als hierboven onder De Volkskrant).
Trouw
Ook Trouw werkt samen met de NCDO. Reportagereizen naar Senegal, Mali en Egypte of Marokko in 2006 waarvan in drie artikelen in Trouw verslag werd gedaan (4.375), naar Soedan in 2006 (3.850) en Afghanistan in 2007 (15.720, 8-10 artikelen in Trouw) werden door de NCDO gesponsord.
Friesch Dagblad
"Veertig maal besteedt het Fries Dagblad paginagroot aandacht aan armoedebestrijding, via opiniestukken, achtergronden en met name door aandacht te schenken aan de bijdrage aan armoedebestrijding door Friese organisaties/particulieren", waarvoor de krant 40.000 ontving in 2006. Verder werd van een met 3.420 door de NCDO gesponsorde reportagereis naar Madagaskar verslag gedaan in het Friesch Dagblad.
Algemeen Dagblad
Van bovengenoemde reis naar Madagaskar werd ook verslag gedaan in het AD.
Nederlands Dagblad
Van bovengenoemde reis naar Madagaskar werd ook verslag gedaan in het ND.
Overige
De NDCO besteedde 20.000 aan "onderzoek en reportagereizen die uitmonden in 25 opiniërende artikelen, analyses en rapportages (in kranten, tijdschriften), 25 lezingen en debatten, een populair boek, een speciaal nummer van een tijdschrift en een website".
Opiniebladen
Vrij Nederland
Vrij Nederland werkt zeer intensief samen met de NCDO. Onder andere reportagereizen van Vrij Nederland-journalisten (journalisten die de reis maakten en er later artikelen over schreven in Vrij Nederland) naar Abchazië in 2006 (2.600), Afghanistan in 2007 (15.720) en Rwanda in 2007 (4.173) werden door de NCDO gesponsord. Ook ontving Vrij Nederland in 2006 20.000 voor "een speciale bijlage bij Vrij Nederland over Afghanistan en vier andere journalistieke reportages en/of portretten voor het weekblad over actuele kwesties op het werkterrein van NCDO" en 37.000 in 2007 voor een "special in weekblad Vrij Nederland over de situatie in Darfur, Sudan".
De Groene Amsterdammer
Van bovengenoemde door de NCDO gesponsorde reis naar Rwanda werd ook verslag gedaan in De Groene Amsterdammer.
Kortom, de NCDO heeft van 2006 tot en met 2009 - het jaarverslag voor 2010 is nog niet gepubliceerd - financiële steun verleend aan berichtgeving over de Derde Wereld, waaronder Afrika, van vrijwel elke publieke omroep, veel kranten en enkele opinieblanden, met name Vrij Nederland. De NCDO (volledig gefinancierd met belastinggeld) is het meest open over de bestedingen van haar gelden. Er zijn echter nog tig andere ontwikkelingshulporganisaties in Nederland, met veelal
een budget veel groter dan dat de NCDO.
Dit gegeven, in combinatie met het artikel van de NRC, die, nadat men inzicht kreeg in niet-publieke informatie, concludeerde dat "de praktijk [leert] dat bijna elk natuur-, milieu- of derdewereldprogramma tot stand komt met extern geld", komt overeen met wat Rothmyer reeds voor de VS concludeerde: NGO's vervormen bewust het beeld dat Nederlanders van de Derde Wereld, in het bijzonder Afrika, hebben door journalisten van geld (en gekleurde informatie) te voorzien.