Column Paul Cliteur: Halal eten in de Tweede Kamer? Dat is een gebrek aan beschaving

Geen categorie22 jun 2021, 10:30
Halal en koosjer voedsel in het Tweede Kamer restaurant
Michael van der Galiën schreef gisteren over het verzoek van DENK-Kamerlid Stephan van Baarle om halalvoedsel aan te bieden in het restaurant van de Tweede Kamer. Hij vreest dat velen het met hem oneens zullen zijn, maar zijn standpunt is: “Het is (…) totaal normaal dat er in het Kamerrestaurant rekening wordt gehouden met de religieuze overtuigingen van die mensen,” verwijzend naar de aanhangers van christendom, islam, hindoeïsme, boeddhisme en jodendom.
Geen speld tussen te krijgen, lijkt me. Als je rekening kunt houden met de eetvoorkeuren van vegetariërs, waarom dan niet met de eetgewoonten van de aangegeven religieuze groeperingen? Dit heeft inderdaad, zoals Van der Galiën terecht schrijft, niets te maken met integratie of met de scheiding van kerk en staat, zoals sommigen misschien geneigd zijn tegen te werpen.
Maar het verhaal gaat iets verder. En hier ga ik lezers verliezen. (Lezer, even een trigger warning: u kunt nu stoppen met lezen, want nu gaat mijn verhaal een tournure maken).
Het feit dat Van Baarle een redelijke aanspraak doet op gelijke behandeling van zijn eetvoorkeuren met die van anderen wil zeggen dat je zijn eetvoorkeuren moreel behoeft af te zegenen. Dat doe ik namelijk helemaal niet. Waarom niet? Waarom verdient het eetgedrag van Van Baarle moreel gezien geen schoonheidsprijs? Inderdaad, de dierenrechten!
Dat zit zo. Wij eten dieren. Prima, dat neem ik even als een gegeven. Om die dieren te kunnen opeten, moeten ze worden geslacht. Oké, begrijpelijk. Maar voor die slacht hebben we dan verdoving (minder pijn, minder stress voor de dieren) voorgeschreven. Moreel verantwoord en ook geboden, zou ik zeggen.
Maar nu hebben religieuze groeperingen, alleen maar op basis van hun “religieus zijn” het recht gekregen om dat algemene verdovingsvoorschrift te ontduiken. Moreel gezien is dat hoogst kwestieus, als je het mij vraagt. Nu vroeg u mij dat niet, toegegeven, maar ik zeg het dan maar ongevraagd. Dat religieuze groeperingen, alleen maar door zich op een religieuze gewoonte te beroepen, zich zouden kunnen onttrekken aan redelijke wetten die dierenmishandeling proberen te beperken, is een gebrek aan beschaving.
Ik zie dan ook uit naar een leuk debatje in de Tweede Kamer tussen de “religieuzen” (de halal en koosjer advocaten) en de mensen van de Partij voor de Dieren die het onverdoofd ritueel slachten als immorele praktijk aan de orde kunnen stellen.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten