In zijn wekelijkse column behandelt Jan Roos vandaag wat het betekent om in het Nederland van 2019 links te zijn. Welke vrijheid en veiligheid je dan allemaal toekomen. Maar vooral: hoe je dit allemaal weer wordt afgepakt als je openlijk rechts bent. Van fysiek geweld tot de meest brute scheldpartijen: "Denk je er net even anders over dan in het grote linkse deugboek wordt voorgeschreven dan zijn uitsluiting en bespotting directe gevolgen," aldus Jan.
Ik ben links opgevoed in een Volkskrant VPRO-gids gezin. Mijn vader werkte mee in het huishouden, mijn moeder las het feministisch maandblad OPZIJ en verdiende ook de kost. Mijn opvoeding bestond uit prachtige progressieve idealen als gelijkheid, vrijheid, creativiteit en mededogen. Alhoewel ik op latere leeftijd, ik denk rond de zeventien jaar, mij rechts ging noemen heb ik die progressieve idealen altijd omarmd en bij mij gehouden. Waarom ik me niet meer links voelde had te maken met de manier waarop er werd aangekeken tegen de falende multiculturele samenleving, het financieren van mensen die liever op de bank zitten en de slappe en laffe straffen voor criminelen. En toch behield ik als politiek basisgeloof de beginselen die mijn ouders mij bijbrachten.
Juist die beginselen zijn door links verkwanseld, en dat neem ik ze vreselijk kwalijk. Neem nou gelijkheid. We horen uit de voorheen progressieve hoek alleen nog wie goed en fout is. Ja, alles moet inclusief en divers zolang iedereen maar hetzelfde denkt. Dan mag je best een doek op je hoofd dragen, hetzelfde geslacht liefhebben of een ander kleurtje hebben dan de gemiddelde GroenLinkser, een ander manier van denken, doen, stemmen of uitdragen betekent er directe uitsluiting. Dat zo ver gaat dat er zonder knipperen wordt gesproken over berufsverboten of fysiek geweld. Gelijkheid betekent allang al niet meer dat je de vrijheid hebt om jezelf te zijn, het is eerder de vrijheid om voor het goede te kiezen. Doe je dat niet dan mag je niet langer genieten van jouw vrijheid om te zijn wie je bent, dan wordt je uitgestoten. Zelfs door familieleden.
Vrijheid is met die ongelijkheid verbonden. Ben je links dan mag je van links vrijheid hebben en daarvan genieten. Ben je niet links dan moet je kapot gemaakt en opgejaagd worden. Ik heb dat meerdere malen aan den lijve ondervonden. Van in mijn gezicht gespuugd worden in een links café waar de barman hartelijk om moest lachen, tot uitgescholden worden in de rij bij het debat tussen Baudet en Rutte voor fascist, racist, nazi en de rest van het bekende rijtje. Ook bijvoorbeeld de vrijheid om je eigen geluid te horen is door links uitgehold. De NPO heeft maar één kleur. Alles is links, linkser of linkst. Omroep WNL is dan een doekje voor het bloeden, maar heeft niets te maken met een rechts gedachtegoed. Het is eerder nietszeggend. Ook de vrijheid voor rechtse politici is minder groot dan die van de linkerkant. Wilders en Baudet lopen direct gevaar voor hun leven vanwege extreemlinkse figuren en door links in de armen gesloten islamieten. Aan de linkerzijde kan men zonder risico's over straat lopen, daar er geen gewelddadig rechts bestaat.
Creativiteit was ook ooit een links punt. Je mocht jezelf zijn, je leven inrichten naar eigen keuze, creëren waar je behoefte aan had en vooral leven en laten leven. Dat is allang al niet meer zo. Progressief is regressief geworden. Niets vooruitgang, het is terugtrekken in eigen holen en schieten op het vreemde. Alles dat buiten de vooraf gestelde normen valt is fout, slecht, lelijk en vooral gevaarlijk. Een beetje buiten de lijntjes kleuren wordt direct afgestraft. Denk je er net even anders over dan in het grote linkse deugboek wordt voorgeschreven dan zijn uitsluiting en bespotting directe gevolgen.
En mededogen, het opkomen voor mensen die steun verdienen. Laat me niet lachen...