Volgens de meeste mensen die leefden rond het begin van de negentiende eeuw was de West-Europese slavenhandel niet schokkend genoeg om er echt iets aan te doen. Daarom rustte de taak van het vechten voor onschuldige Afrikanen op de schouders van eigenwijze mensen als Joseph Sturge. Pas veel later bewoog de meerderheid met de kentering mee, zoals zij altijd doet. Sindsdien spreekt zij haar walging uit over dezelfde praktijken die zij daarvoor stilzwijgend liet passeren, zolang het nog geen gemeengoed was om ze te veroordelen.
In de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw was er wederom zon overtal, zon massa die zich het lot van de Joden niet genoeg aantrok om te strijden tegen de tirannie die werd
voorspeld en later veroorzaakt door Nazi Duitsland. Afgelopen zaterdag bleek dit sociaal mechanisme opnieuw, toen de meeste mensen niet protesteerden tegen de christenvervolging in het Midden-Oosten en Afrika. Zon 500 mensen kwamen steun bieden aan een demonstratie (
video impressie) voor de vervolgde christenen in landen als Syrië, Irak en Nigeria.
Maar net als in de tijd van Joseph Sturge en de verzetsstrijders voor- en tijdens de Tweede Wereldoorlog, begint iedere kentering met een kleine groep eigenwijzen. Een groep die de ogen niet sluit en doorheeft welk kwaad zich razendsnel nestelt in de harten van duizenden. Mensen die tijdens hun mars voor vrede boze blikken van automobilisten krijgen die er verdomme gewoon langs willen. Mensen die volgens de meerderheid teveel zeuren om hun eigen groepje terwijl er tenslotte overal leed is; leed waar diezelfde meerderheid ook niets aan wil veranderen, maar dat weerhoudt hen er niet van het als argument te gebruiken.
We stonden daar niet alleen, maar met veel te weinig. En ik vraag me af hoe lang we nog moeten wachten op die kentering in Nederland, in Europa, in de wereld. Moeten deze 500 net zo lang wachten als Joseph Sturge? Moeten zij tot op het bot gaan om zich te verzetten tegen tirannie, voordat de meerderheid de handpalmen naast het hoofd zet en inbindt: Oké, jullie hadden gelijk. of laffer dan dat: we wisten het niet.
Zoals Joel Voordewind afgelopen zaterdag zei, namens tientallen weduwen die hij gezien en gesproken heeft, vorige week in Irak: Laat ons niet in de steek. Duidelijker kunnen we het niet maken. Een vreselijk lot voltrekt zich over miljoenen. En wie wegkijkt distantieert zich van ware humane eigenschappen die er toe leiden dat slachtoffers als deze beschermt worden. Eén miljoen christenen zijn al verdreven uit Irak, sinds 2003. Bijna twee miljoen uit Syrië. Duizenden en duizenden lieten het leven. Een bejaarde man, toevallig een Nederlander, werd genadeloos
omgebracht in Homs omdat hij de vijand woordelijk zou hebben gesteund. Heuse
slavenmarkten worden uit de grond gestampt in Irak. Deze ramp doet zoveel denken aan de Tweede Wereldoorlog dat het ondraaglijk zou zijn te weten dat de nazaten van de slachtoffers van toen hun schouders ophalen bij de weduwen en wezen van nu.
Daarom gaan we door. Deze demonstratie was maar een begin. Deze beweging is in de groei en de strijd gaat door. Zaterdag waren het er 500, volgende keer 1000, de keer daarop 2000, totdat het collectieve bewustzijn zich realiseert dat het ook onze dochters kunnen zijn en onze moeders, die daar
verkracht worden. Dat het ook onze vaders kunnen zijn die de keel wordt doorgesneden. Dat deze mensen onschuldig zijn en het verdienen dat iemand voor ze vecht. Dat het Westen als één luide stem zegt, zoals het Wilhelmus aan Willem van Oranje toedicht:
Die tirannie verdrijven, die mij mijn hart doorwondt.