Eindelijk iemand die snapt hoe je het vredesproces op gang moet brengen.
Al 70 jaar, sinds de oprichting van de staat
Israël, zijn Joden en Arabieren het niet bepaald eens over de verdeling van land in die regionen. Hoewel Israël het VN-verdelingsplan destijds accepteerde, zeiden de Arabieren en masse 'nee'. Het gevolg: de Joden hebben nu een staat, en de
Palestijnen niet.
Dat hoeft niet altijd zo te blijven. Een tweestatenoplossing wordt door vrijwel alle partijen als de enige realistische - al is het niet per se de meest gerechtvaardigde - optie gezien. Daarvoor moeten er echter wel
onderhandelingen plaatsvinden tussen de twee strijdende partijen, en laat het daar nou net misgaan. Want hoewel Israël zich al vele malen bereid heeft getoond om aan tafel te gaan zitten, en ook door zo ongeveer de hele wereld onder druk gezet wordt om dit te doen, blijft het akelig stil aan Palestijnse zijde. En dat is ook niet zo gek: zozeer als Israël gedwongen wordt tot onderhandelen, zo weinig duwtjes in de rug bestaan er bij de Palestijnen.
En dat moet maar eens afgelopen zijn. Dat vindt ook
Donald Trump, die vandaag is de duidelijkste bewoordingen mogelijk heeft gezegd dat de Palestijnen nu eindelijk eens aan tafel moeten gaan zitten. En anders gaat de geldkraan potdicht, liet hij bij het World Economic Forum in
Davos weten:
President Donald Trump has said Palestinians must return to peace talks with Israel to receive US aid money. Mr Trump said US aid to the Palestinians is “on the table” but they won’t get it “unless they sit down and negotiate peace”.
Mr Trump commented as he opened a meeting with Israeli prime minister Benjamin Netanyahu during an economic summit in Davos, Switzerland.
En gelijk heeft hij. Het moet maar eens afgelopen zijn met de situatie waarin de Arabieren constant hun zin krijgen, zonder daar ook maar iets voor terug te moeten doen. Op dit moment bestaat er nu eenmaal een perverse prikkel om gewoon af te wachten hoeveel concessies de wereld Israël oplegt. Laat vandaag het begin van het einde van deze krankzinnige 21ste eeuwse appeasementpolitiek zijn.