De voorzitter van de Europese Commissie, de Portugees José Manuel Barroso, denkt dat Europa binnen een paar jaar een federale unie is. De voorzitter van het Duitse Max Planck Instituut, dr. Kai Konrad meent dat de euro over vijf jaar verleden tijd is. De voormalig voorzitter van de ECB, de Fransman Trichet, gelooft op zijn beurt, dat een centralistischer aansturing van financieel beleid en een sterkere politieke unie essentieel zijn. En ik geloof dat de EU bobo's het allemaal niet meer weten. Ze zijn het euro-spoor volledig bijster. Want wie kijkt naar de deplorabele toestand van de huidige Unie, wie kijkt naar het
draagvlak onder de bevolking (zowel in Noord als in Zuid-Europa) en naar de weinig florissante vooruitzichten, die kan niet anders dan concluderen dat het over is met deze muntunie en deze one-size-fits-none-euro. Er is simpelweg geen werkend alternatief dat uitzicht biedt op enig perspectief.
Het is natuurlijk de hamvraag of de voor- en tegenstanders van een federale Unie over dezelfde informatie beschikken. Het gekrakeel over een federaal Europa doet me sterk denken aan de
paradox van Herodotus, die tijdens één van zijn vele reizen de veiling van Babylonische bruiden beschreef:
"Once a year in each village the maidens of age to marry were collected ... Then a herald called up the damsels one by one, and offered them for sale. He began with the most beautiful... when the herald had gone through the whole number of the beautiful damsels, he should then call up the ugliest...and offer her to the men, asking who would agree to take her with the smallest marriage-portion... The marriage-portions were furnished by the money paid for the beautiful damsels."
Deze klassieker uit de speltheorie is alleen maar op te lossen als men veronderstelt dat beide partijen over dezelfde informatie beschikken. En in het onderhavige geval komt daar nog eens bij, dat de twee kampen de beschikbare informatie, nog los van de vraag of die gelijk is, totaal anders interpreteren. Het federale kamp droomt van een wereld waar alle mensen broeders worden, het euro-realistische kamp ziet louter ellende voortkomen uit deze one-size-fits-all-euro en kiest dus een andere route. In mijn ogen de realistische route.
Want zegt u nu zelf, u gelooft toch niet dat een federatie van alle EU landen naar Amerikaans voorbeeld een reële optie is? Europa is een lappendeken van verschillen. Verschillen in taal, verschillen in cultuur en geschiedenis, verschillen in staatkundig bestel, en last but not least, enorme verschillen in economisch productievermogen. Amerika destijds was een 'leeg' land en zelfs met dat gegeven heeft het een bloedige burgeroorlog nodig gehad om tot een federaal verband te komen. En ziet u de Fransman voortaan alleen nog maar Duits spreken? Of omgekeerd? Ik bedoel maar.
De euro was en is een politiek project. De natte droom der federalisten. Maar dromen zijn bedrog en de realiteit is een andere. In een steengoed artikel in DFT van vanochtend legt
Harrie Geels nog eens fijntjes uit waar de schoen wringt: Duitsland wil de euro niet meer. Een citaat uit het artikel van Geels:
"Een van de meest gelezen publicisten in Duitsland, professor Hans-Olaf Henkel ('Henkel Trocken' en AfD prominent, TP), zegt dat er een scheiding nodig is en dan niet de bekende afscheiding van de PIGS-landen uit de eurozone, maar de meest drastische, die tussen Frankrijk en Duitsland. Verder stelt hij terecht dat wie de euro nog in stand wil houden daar alleen nog maar politieke argumenten voor kan geven, geen economische."
En zo is het ook. De euro is geen bindmiddel, maar een splijtzwam gebleken. Maar Henkel staat niet alleen in zijn kritiek op de euro. In Duitsland woedt een echt eurodebat en niet alleen onder economen of centrale bankiers, maar ook onder politici. Oskar Lafontaine, voormalig Duits minister van Financiën zegt in een interview in Die Welt: 'Raus aus dem Euro'.
Europa is verdeelder dan ooit. Barroso kan nog zo hard roepen dat Europa binnen enkele jaren een federale Unie is,
Spanjaarden zijn geen Duitsers. Daar komt bij dat voor een federale Unie een Verdragswijziging nodig is. Het lijkt me uitgesloten dat de Europese politieke elite, gelet op de alomtegenwoordige euro-scepsis, die wijziging zónder volksraadplegingen erdoor wil jassen. Ook al zal de euro-propaganda machine in Brussel ongetwijfeld op volle toeren overuren draaien, de verschillen zijn gewoon te groot.
Barroso denkt nog vóór de Europese verkiezingen van mei volgend jaar met een blauwdruk (geen template) voor die federale unie te kunnen komen:
"Further economic integration would transcend the limits of the intergovernmental method of running the EU and the eurozone in particular. The commission will, therefore, set out its views and explicit ideas for treaty change in order for them to be debated before the European elections. We want to put all the elements on the table, in a clear and consistent way, even if some of them may sound like political science fiction today. They will be reality in a few years' time."
Dit optimisme van Barroso staat in schril contrast met bijvoorbeeld de uitspraken van een andere voormalige minister van Financiën, de Brit Lord Nigel Lawson:
"The heart of the matter is that the very nature of the EU, and of this country's relationship with it, has fundamentally changed after the coming into being of the European monetary union and the creation of the eurozone, of which - quite rightly - we are not a part."
Wie dit politieke slagveld overziet mag hopen dat de tegenstellingen tussen beide kampen, anders dan tijdens de Amerikaanse burgeroorlog, zonder bloedvergieten worden beslecht. Maar Barroso meent dat hij de burgers van Europa met rationele argumenten kan overtuigen om voor een federale unie te kiezen.
Hoeveel hele en halve leugens zullen er door de media verspreid moeten worden om die valse droom waar te maken?