Dat het Europese financiële stelsel in zwaar weer verkeert, zo niet op instorten staat, zou je niet zeggen als je ziet hoe er wordt aangerotzooid met de opvolging van ECB-president Trichet.
Een kandidaat met een solide achtergrond zou voor de hand hebben gelegen en dan kom je al gauw uit op een Duitser. Maar de gedoodverfde Duitse kandidaat, Bundesbank-president Axel Weber, trok zich terug en dat kostte Bondskanselier Angela Merkel het initiatief.
Vorige week sloeg de Franse president Nicolas Sarkozy zijn slag. Hij schoof de Italiaan Mario Draghi, topman van de centrale bank
Banca d'Italia, naar voren. Een Italiaan? Hoe is dit mogelijk? En het gaat hier niet om een proefbalonnetje, want reken maar dat Sarkozy zich achter de schermen eerst heeft verzekerd van Duitse instemming met deze
move. Inmiddels hebben ook Italië, Spanje, België en Portugal - toevallig allemaal landen die op het randje van faillissement staan - zich
uitgesproken voor Draghi. Het lijkt dus een gelopen race.
Over de antecedenten van deze Italiaanse kandidaat hoeven we ons geen illusies te maken. Econoom en journalist Mathijs Bouwman heeft er
een lezenswaardig stuk over geschreven. Hij citeert hierin uit een gesprek dat Gerrit Zalm met zijn toenmalige tegenspeler Draghi had ten tijde van de ruzie over de Italiaanse deelname aan de euro:
Tijdens de maaltijd van een informele vergadering van Europese ministers van Financiën, treft Zalm de Italiaanse thesaurier-generaal, die verantwoordelijk is voor de cijfers. Zalm schrijft in zijn biografie:
[Ik] Zet mijn bezwaren uiteen tegen de overvloed aan incidentele maatregelen (window dressing) en betoog dat dit geen structurele oplossing is. Hij weet dat maar al te goed, want hij is een bekwaam econoom. Vervolgens komt hij zeer origineel en humoristisch uit de hoek. Wij doen niet aan eenmalige window dressing, maar aan structurele window dressing. [Uit: Gerrit Zalm, 'De romantische boekhouder', blz. 350, HR]
Draghi heeft dus met creatief boekhouden Italië de euro ingesjoemeld. Maar er is meer. Het cv van Draghi vermeldt ook een toppositie bij Goldman Sachs in New York en dat is nou ook niet direct een aanbeveling. Goldman Sachs heeft Griekenland immers geadviseerd bij de
oplichtingspraktijken die voorafgingen aan de Griekse toetreding tot de euro. Niet helemaal duidelijk is of Draghi persoonlijk betrokken was bij deze malversaties (zie ook hieronder), maar zo'n achtergond doet zijn toch al bedenkelijke reputatie in ieder geval geen goed. Het is gewoon onvoorstelbaar dat zo iemand nu 'de baas' moet worden over de euro.
Wat Angela Merkel ertoe heeft bewogen dit allemaal te laten gebeuren is een raadsel. Ze zal wel compensatie elders bedingen, maar dat kan nooit meer opleveren dan een troostprijs. De bondskanselier heeft dan ook, aldus
Spiegel Online, de lezers van
Bild (zeg maar de Duitse Henk en Ingrid) heel wat uit te leggen:
Der Preis für das deutsche Einlenken bei der Personalie Draghi wird gerade auch deshalb hoch sein, weil der Notenbanker aus einem stark verschuldeten südeuropäischen Land stammt. "Auf gar keinen Fall" dürfe "dieser Italiener" Präsident der Euro-Bank werden, die "das Erbe der guten stabilen D-Mark verwaltet", polterte die "Bild"-Zeitung. Das Boulevardblatt unterstellt Draghi neben einer Weichwährungspolitik außerdem, in seiner Zeit bei Goldman Sachs der griechischen Regierung dabei geholfen zu haben, die Staatsbilanzen zu frisieren, um die Wahrheit über den desaströsen Haushalt zu verschleiern. Auch wenn der Banker dies bestreitet, muss Merkel gute Argumente finden, "Bild"-Leser von der Eignung Draghis zu überzeugen. [Vrij vertaald: de Bild-lezers geruststellen wordt een onmogelijke opgave]
En de Duitse belastingbetaler is toch al niet te spreken over de enorme bedragen die Duitsland in de bodemloze put van de PIIGS stort. Het lijkt erop dat Merkel door de benoeming van Draghi te laten passeren haar binnenlandse politieke graf graaft. Met een figuur als Draghi aan het hoofd van de belangrijkste Europese financiële instelling zal de inflatie nauwelijks nog te beteugelen zijn. En inflatie, daar zijn onze oosterburen niet dol op.