Voor het eerst sinds de zogeheten islamrel van Erica Meiland heeft Erica van zich laten horen. Achteraf gezien is ze wel blij om de ontstane ophef, er is namelijk eindelijk een discussie losgebarsten over dit onderwerp. Iets wat maar niet vaak genoeg kan worden gevoerd in Nederland. Uiteraard vond
Erica Meiland de ophef in het begin alles behalve fijn, vooral omdat dit ook haar familie trof. Het liet zien dat (te) veel mensen in Nederland lange tenen hebben. Toch is het goed dat er uiteindelijk een discussie is ontstaan, dat zei ze tijdens een radio-uitzending van NPO Radio 1. Want nu zijn Nederlanders eindelijk over deze onderwerpen met elkaar in gesprek geraakt.
https://twitter.com/NPORadio1/status/1472537264228024326?ref_src=twsrc%5Etfw
Ook merkt ze, terecht, op dat ze nooit een blad voor de mond neemt en dit ook niet van plan is om te doen. Ze vindt namelijk dat je gewoon boerka- en
hoofddoekkritiek mag uiten in Nederland, en juist doordat mensen een blad voor de mond nemen worden er dingen, die wel moeten worden besproken, niet besproken.
"Je kan in Nederland niks meer zeggen. Je hebt beledigingen en mensen die heel snel op hun tenen zijn getrapt, dat vind ik een groot onderscheid. Het is goed dat er een discussie is losgekomen, daar ben ik blij mee. Het is goed dat we de discussie met elkaar aangaan."
Een oproep van de redactie: door de coronacrisis heeft DDS het, net als veel andere websites, ontzettend lastig. Wij willen alles gratis leesbaar houden voor iedereen, waardoor we voor onze inkomsten afhankelijk zijn van reclame. Maar bedrijven hebben financiële zorgen, en hebben dus niet veel te makken. Daar merken wij de gevolgen ook van. Vandaar onze oproep aan u, onze lezers: steun ons alsjeblieft! Via het betrouwbare Nederlandse BackMe-systeem kunt u maandelijks óf eenmalig doneren. Doe dat alstublieft, en help DDS in de lucht te blijven! Het is goed om te zien dat de boycotacties en -oproepen haar grotendeels koud hebben gelaten. Binnen het Nederlandse BN'er-kliekje kan men wel een kritisch geluid gebruiken, en gelukkig neemt vrijwel de gehele familie Meiland geen blad voor de mond.