Nog maar een paar dagen, en dan is het boerkaverbod in Nederland officieel van kracht. Hanna Wittebroek heeft er gemengde gevoelens bij. Niet omdat ze het slechte wetgeving vindt, maar wel omdat zoveel Nederlanders alles in het werk zetten om dat verbod te verwerpen of te omzeilen.
Vanaf 1 augustus 2019 geldt een verbod op het dragen van gezichtsbedekkende kleding in onderwijsinstellingen, zorginstellingen, het openbaar vervoer en in overheidsgebouwen. Gemakshalve noem ik het maar gewoon het boerkaverbod, want dat is eigenlijk wat het is. Als je met bivakmuts over straat gaat word je namelijk sowieso wel aangehouden (dit bewees Jan Roos al eens in dit filmpje).
Een boerkaverbod. Waarom was dat er niet eerder, vraag ik me af. Ten eerste is het onmogelijk om de persoon onder de boerka te identificeren als hij/zij weigert deze te verwijderen. Ten tweede weet niemand wat er onder zo een boerka schuilgaat. Dat werd maar weer pijnlijk duidelijk toen afgelopen maandag een vrouw in boerka zichzelf opblies in een ziekenhuis in Pakistan. Maar liefst 9 mensen vonden de dood en 30 mensen raakte gewond. En ten derde past een dergelijk vrouwen onderdrukkend tafereel helemaal niet bij Nederland.
Dat niet iedereen even enthousiast is over het boerkaverbod is voor mij dan ook een raadsel. Toch kwam vorig jaar Femke Halsema (wie anders?) al met het nieuws dat zij in Amsterdam dit verbod niet zal gaan handhaven, of in ieder geval dat het geen prioriteit heeft. ‘Een verbod op een boerka of nikab past niet bij Amsterdam’, wist zij ons te vertellen. Vrouwenonderdrukking past blijkbaar wel in Amsterdam. Wat toch enigszins hypocriet is, aangezien GroenLinks altijd beweert dat zij strijdt voor gelijke rechten voor iedereen.
Vorige week kwam daarboven op de politieke partij NIDA (twee zetels in de Rotterdamse gemeenteraad) met de bevrijdende woorden dat vrouwen die wél een boete krijgen voor het dragen van een boerka deze kunnen laten betalen door Nida. Hiermee werd maar weer eens pijnlijk duidelijk dat de islamitische politieke partijen in Nederland schijt hebben aan onze rechtsstaat en de democratische beginselen die daarbij horen.
Alsof dit allemaal nog niet erg genoeg was kwam als klap op de vuurpijl de landelijke politie (ja, u leest het goed) met het bericht dat zij maar al te graag een handje helpen de wet te omzeilen om boerkadragende vrouwen (of mannen, je weet het natuurlijk maar nooit) te helpen. De politie geeft namelijk aan bereid te zijn iemand met een boerka buiten het politiebureau te helpen omdat daar het boerkaverbod niet geldt.
Ik neem aan dat dit dan wel op dezelfde manier gebeurt zoals bij Jan Roos met bivakmuts; twee agenten die erbovenop springen, de armen op de rug draaien en vervolgens om een identificatiebewijs vragen. Dan duim ik voor die agenten dat er onder die boerka geen bomgordel schuilgaat.