Deze week heeft Maurice de Hond met zijn peiling geen onderzoek gedaan naar de verdeling van de zetels in de Tweede Kamer, maar naar het verband tussen het hebben van financiële zorgen en stemgedrag. De conclusie uit dit onderzoek is onvermijdelijk: het partijkartel, en dan met name VVD en D66, worden alleen nog gesteund door mensen die het prima voor elkaar hebben en zich financieel over anderszins totaal geen zorgen maken. Dit terwijl aanhangers van FVD, PVV en BBB juist zorgen hebben en bedreigingen zien.
De afgelopen jaren zijn bijzonder moeilijk geweest voor heel veel mensen. Dat begon al voor corona, maar ten tijde van de pandemie en de doorgeslagen reactie van het kabinet met allerlei lockdowns werd dat alleen maar erger. De ECB blijft geld bij printen, de oorlog in Oekraïne verergert het, om nog maar te zwijgen van de (neven-) effecten van de aangekondigde sancties. Voor veel Nederlanders is dit reden voor serieuze zorg.
Maar niet voor álle Nederlanders. Een heel stel mensen vindt dat het prima gaat - niet omdat het goed gaat met het lánd, dat is niet zo, maar omdat ze zich prima redden. Uit
onderzoek van Maurice de Hond blijkt nu dat deze mensen in grote getallen op D66 en VVD stemmen. Dat verklaart een hoop voor ons gewone mensen die wel degelijk zorgen hebben, als niet voor zichzelf dan voor anderen uit empathie. Want 'wie zijn die mensen toch?' vragen wij ons steeds af als we zien dat VVD en D66 nog lekker de grootsten zijn in de peilingen. Nou, dat is dus dit volk:
En deze types:
Kortgezegd, D66'ers en VVD'ers zijn mensen die het prima voor de wind gaat en die enkel kansen zien in plaats van bedreigingen. Normale mensen lijden flink, maar dat interesseert deze types niet. Zíj́ denken dat het voor hén goed zal uitpakken. Dus boeien: lekker stemmen op VVD en D66.
Nou, we kunnen natuurlijk alleen maar blij zijn voor die mensen. Hopelijk kunnen ze nog lekker genieten van het leven - terwijl wij gewone mensen bijna niet meer rondkomen vanwege de torenhoge inflatie.