Ministerie van Algemene Zaken krijgt flinke tik op de vingers voor gebrek aan transparantie

Het ACOI benadrukt dat publieke informatie niet het eigendom is van de overheid, maar van alle burgers. Het ministerie wordt terecht bekritiseerd vanwege zijn gebrek aan medewerking en zijn weigering om een meer "oplossingsgerichte en actieve houding" aan te nemen bij het verzoek om informatie. De houding van het ministerie wekte de indruk dat het verstrekken van informatie eerder een gunst was dan een wettelijke verplichting.

Ineke van Gent, de voorzitter van het ACOI, verklaarde: "De afhandeling van een Woo-verzoek is geen gunst waarvoor de verzoeker eerst een hindernisbaan dient af te leggen om vervolgens op een gesloten vesting te stuiten." Deze uitspraak benadrukt het belang van transparantie en openheid binnen de overheid.

Het verzoek van Nieuwsuur betrof het verkrijgen van documenten om een reconstructie te maken van de denkwijze rond het begrip 'groepsimmuniteit' binnen de kabinetskringen. Toen het ministerie niet voldoende medewerking verleende, diende de journalist een klacht in. Zelfs de bemiddeling van het ACOI leidde tot niets, ondanks de actieve medewerking van de journalist en de aangedragen oplossingen. Het ACOI benadrukte ook de voorbeeldfunctie van het Ministerie van Algemene Zaken en de premier zelf in het bevorderen van een nieuwe, open bestuurscultuur.