Op 16 oktober 2020 werd aardrijkskunde leraar Samuel Paty in Frankrijk onthoofd vanwege het vertonen van spotprenten over Mohammed in de klas. De aanleiding was het tonen van de prenten in het kader van de vrijheid van meningsuiting. Hoe moeten we dit voorval beoordelen? We moeten ervan uitgaan dat Mohammed voor moslims een heilige figuur is. Dan vind ik het op z’n minst zeer onverstandig daarover spotprenten te produceren. Ik vind het niet kunnen. Waarom zo’n frontale aanval - op de man gespeeld - op een heilige persoon met nota bene moslims in de klas!?
De straf die Paty onderging was natuurlijk ver buitenproportioneel. Maar razernij kan ik me goed voorstellen. Het is wat anders als de (vreselijke) daden van Mohammed aan de kaak worden gesteld. Dat moet kunnen, want dan gaat het over inhoud.
Het vertonen van spotprenten wordt geplaatst in het kader van de vrijheid van meningsuiting. Dat is lariekoek. De spotprenten hebben niets met ‘een mening’ te maken. Het gaat niet over inhoud. Enig weerwoord is niet mogelijk en is ook niet de bedoeling van de tekenaar. De tekenaar wil slechts per definitie beschadigen, de grond in boren. Daar ben ik tegen. Een opening naar discussie moet altijd mogelijk zijn, een weerwoord.
Er wordt gesteld dat er in religies niet gelachen wordt en dat ze tegen spot moeten kunnen, want dat past in ONZE cultuur. Dat is lariekoek. Om deze spotprenten wordt niet gelachen. Daar zijn ze ook niet voor bedoeld. Ze zijn enkel bedoeld om te beschadigen, neer te halen. Dat is geen fair play en daar ben ik dus op tegen. Het verbaast me dat niemand mijn mening deelt, anders dan moslims. Soms hebben westerlingen een plaat voor de kop. Het wordt tijd dat ‘wij’ eens beschrijven wat tot de vrijheid van meningsuiting behoort en wat niet. Laten we daarover eens discussiëren. Spotprenten van heilige personen vallen wat mij betreft onder de verloedering van de westerse cultuur. Als wij pretenderen zo ethisch te zijn, dan dit niet doen.
De vrijheid van meningsuiting betekent niet ‘anything goes’! Dalrymple: “our culture or what’s left of it”.