Dat in Syrië chemische wapens zijn gebruikt, lijkt zeker. Maar hoeveel, welke en door wie? Veel weten we niet.
Frankrijk, Israël, Qatar, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten beweerden eind vorige maand dat chemische wapens in de Syrische burgeroorlog waren ingezet. Vermoedelijk door de troepen die loyaal zijn aan president Bashar Assad. Die probeert te voorkomen dat een opstand van vooral soennitische moslims in zijn land de macht grijpt. Minderheden, waaronder de alawieten, een sjiitische sekte waar Assad zelf toe behoort, vrezen dat als seculiere regime ten val wordt gebracht, Syrië in handen valt van religieuze extremisten.
Assad heeft chemische wapens, maar geen goede reden om ze op kleine schaal in te zetten. Opstandelingen maken in grote delen van het noorden en oosten van Syrië de dienst uit. Als het regeringsleger ze uit deze gebieden wilt jagen, zou het chemische wapens op grote schaal moeten inzetten. Dat is niet gebeurt. Het zou gaan om de beperkte inzet van chemische wapens, specifiek: zenuwgas, met als doel? Wellicht het Westen uit te dagen.
De Amerikaanse president Barack Obama heeft het gebruik van chemische wapens in Syrië immers als een "rode lijn" bestempeld. Vorig jaar augustus zei hij: "That would change my calculus. That would change my equation." Daarmee probeerde hij Assad duidelijk te maken dat de Verenigde Staten zich in de oorlog zullen mengen als massavernietigingswapens worden inzet, zonder dat expliciet zo te zeggen.
De Syrische oppositie hoorde de woorden ook en smeekt de Westerse mogendheden al maanden om hulp. Vooralsnog leveren de Amerikanen en Europeanen slechts "niet-dodelijk" steun, uit angst dat wapens in handen vallen van jihadisten.
Andere landen in het Midden-Oosten leveren waarschijnlijk wel wapens: Qatar en Saoedi-Arabië hebben er groot belang bij dat Assad van het toneel verdwijnt. Hij is de enige arabische bondgenoot van Iran, hun aartsrivaal. Een soennitische meerderheidsregering in Damascus zou zich aan de Golfstaten kunnen binden, waardoor de machtsbalans in de regio verschuift.
De oliestaten aan de Perzische Golf hebben veel geld, maar zijn niet in staat zelf te interveniëren. Directe militaire steun voor de Syrische opstand zal toch uit het Westen moeten komen. Amerikaanse betrokkenheid is daarbij noodzakelijk. Frankrijk kon Mali min of meer alleen aan, maar zelfs Britse steun was niet voldoende om een verschil te maken in de Libische burgeroorlog twee jaar geleden. Toen moesten de Verenigde Staten bijspringen om de strijd in het voordeel van de rebellen te beslissen.
De Amerikanen zitten echter niet te wachten op nog een oorlog in het Midden-Oosten. Slechts een op de tien
steunt ingrijpen. Obama is terughoudend.
De opstandelingen hebben minder geduld. Elke dag dat het buitenland niet ingrijpt, sterven Syriërs. Wanneer echter chemische wapens worden gebruikt, zou dat de doorslag kunnen geven.
Niet Assad, maar de rebellen hebben er dus belang bij dat chemische wapens worden ingezet.
Obama gaf deze week toe dat hij niet wist "waar, wanneer en door wie" zenuwgas in Syrië was gebruikt. Zijn regering is dat nu aan het uitzoeken.
Uit openbare bronnen is weinig meer informatie te halen. Video's van vermeende slachtoffers van chemische wapens in Aleppo, die door oppositiegroepen online zijn gezet, zijn waarschijnlijk nep. Artsen dragen erin geen beschermende kleding. Er komt geen decontaminatie-apparatuur in beeld. Journalisten zeiden in het ziekenhuis chloor te hebben geroken, maar sarin, het zenuwgas dat zou zijn ingezet, heeft geen geur.
Fysiek bewijs ontbreekt grotendeels. Volgens de Financial Times zijn door Syrische opstandelingen twee bloedmonsters aangeleverd: een aan de Amerikanen, een ander aan de Britten. Daaruit zou blijken dat Syriërs aan sarin zijn blootgesteld, maar dat bewijst niet dat het gas als wapen is ingezet, noch dat de troepen van Assad schuldig zijn.
Sterker, als er al chemische wapens zijn ingezet, lijkt het -- op basis van wat we nu weten -- waarschijnlijker dat dat door leden van de steeds radicalere oppositie is gedaan dan door het regeringsleger. Dat heeft de afgelopen twee jaar geen zenuwgas hoeven in te zetten om te voorkomen dat de rebellen de hoofdstad Damascus innemen.