Het gebeurt niet vaak, maar heel af en toe laten onze vrienden in Den Haag zien dat ze wel degelijk bij de les kunnen zijn.
Zo ook vandaag: de Gelderlander
bericht namelijk dat een meerderheid in de Tweede Kamer de strippenkaart nog niet definitief af wil schaffen.
Dit omdat het de afgelopen dagen duidelijk is geworden dat de OV-chipkaart volstrekt onbetrouwbaar is.
Tijdens een debat met minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur) dienden de SP, GroenLinks, de PvdA en de PVV verschillende moties in met als doel de strippenkaart niet af te schaffen. Deze vier partijen hebben een meerderheid in de Kamer.
Mijn enige vraag in deze betreft de VVD en het CDA: waarom steunen die partijen de OV-chipkaart nog wél? We weten nu dat het zeer gemakkelijk is om ermee te frauderen. Waarom dan toch vasthouden aan het plan om de oersaaie, maar degelijke strippenkaart af te schaffen?
Schultz zegt dat het te duur is om beide systemen naast elkaar te gebruiken: we zijn er blijkbaar 30 miljoen euro per jaar aan kwijt. Dat is alleraardigst, maar die chipkaart kost - als ik niet mis heb - rond de drie miljard. Dan is 30 miljoen een te verwaarlozen bedrag. Daarnaast zou je denken dat, áls je één van de systemen wilt afschaffen, je de meest betrouwbare behoudt.
En zo heeft Den Haag weer eens bewezen dat experimenten leuk zijn, maar dat het een beetje jammer is als de belastingbetaler er de dupe van is. Belastinggeld is niet gratis. Je zou denken dat met name de VVD dit begrijpt en ernaar handelt.