De Turkse president vindt dat er geen ruimte is om te onderhandelen met de PKK. Ook zouden parlementariërs met banden met de Koerdische organisatie vervolgd moeten worden.
Hoewel het Westen blij is dat Turkije de aanval heeft ingezet op ISIS - zowel in Syrië als in Irak - is men over het algemeen minder te spreken over vergelijkbare aanvallen op Koerdische strijders, waaronder leden van de PKK. Hoewel die marxistisch-leninistische terroristische organisatie een lange geschiedenis heeft van terroristische praktijken in Turkije verzet ze zich ook hevig tegen ISIS, waardoor zij op het moment een belangrijke - maar controversiële - bondgenoot van het Westen is.
Daarom vragen steeds meer westerlingen zich af of het mogelijk is om Ankara ervan te overtuigen de PKK voorlopig met rust te laten, in ieder geval tot ISIS uit de weg is geruimd. Vandaag liet president Erdogan weten wat hij daarvan vindt:
De Turkse president Tayyip Erdogan heeft dinsdag tijdens een persconferentie gezegd dat het onmogelijk is om de vredesgesprekken met Koerdische militanten voort te zetten. Ook vindt hij dat parlementariërs die 'banden hebben met terroristen' strafrechtelijk moeten worden aangepakt.
Feitelijk behelst dit een laatste waarschuwing aan het adres van de HDP, een Koerdische politieke partij die bij de afgelopen verkiezingen voor het Turkse parlement 13% van de stemmen kreeg en daardoor zitting in het parlement mocht nemen. Het gevolg was dat de AKP haar meerderheid in het parlement verloor en nu afhankelijk is van een coalitie - tot nu toe regeerde de AKP in haar eentje - of van vroege verkiezingen. Critici van Erdogan geloven dan ook dat hij de HDP én de PKK alleen maar aanpakt omdat hij daar baat bij hoopt te hebben bij mogelijke vroege verkiezingen.
Erdogan ontkent dit en zegt dat het om de nationale veiligheid gaat. Hoewel hij een tegenstander is van het verbieden van politieke partijen - dat komt eerst en vooral doordat partijen als de islamistische AKP in het verleden juist vaak verboden werden door het seculiere establishment - betekent dit in zijn ogen niet dat parlementariërs die banden onderhouden met de PKK de dans kunnen ontspringen.
Over mogelijke vredesbesprekingen met de PKK - waar een deel van het Turkse electoraat en het Westen op hopen - zegt hij het volgende:
"Het is niet mogelijk voor ons om het vredesproces voort te zetten met diegenen die onze nationale eenheid en broederschap bedreigen."
In 2013 sloot de AKP-overheid nog een bestand met de PKK. Sindsdien liet Ankara de terroristische organisatie met rust en pleegde die laatste geen aanslagen meer. De laatste weken is dat veranderd: de PKK heeft Turkse politieagenten en soldaten vermoord, terwijl het Turkse leger PKK-kampen heeft aangevallen.
Daarbij zei Erdogan ook dat de aanvallen tegen ISIS stug zullen doorgaan. Dit betekent dat Turkije op dit moment verwikkeld is in een oorlog aan twee fronten: tegen de marxistisch-leninistische PKK én tegen de moslim-radicalen van ISIS. De NAVO vergadert vandaag over deze materie. De verwachting is dat Turkije tijdens die bijeenkomst zal uitleggen wat haar strategie is. Eén van de doelen van Turkije is om een grote bufferzone te creëren ten westen van de Euphrates-rivier. Deze bufferzone moet ISIS-vrij worden gemaakt, waarna Syrische (en andere) vluchtelingen daar opgevangen kunnen worden. Op die manier hoeven zij niet meer de grens met Turkije over te steken, wat natuurlijk voor binnenlandse problemen en spanningen zorgt. Veel Turken zijn namelijk niet blij met de grote instroom van vluchtelingen uit een ander land, met een andere cultuur, en andere opvattingen.