De Berlijnse Muur, die van 1961 tot 1989 Oost- en West-Berlijn van elkaar scheidde, is hét symbool geworden van de Koude Oorlog.
Onze oosterburen herdachten op 9 november jongstleden dan ook uitgebreid de Mauerfall (de Duitsers hebben van die prachtige woorden vind ik, Dolchstoßlegende, Historikerstreit en Machtergreifung zijn ook van die woorden) die 25 jaar geleden plaatsvond. Ik was toen de Muur viel 8 jaar jong en een klein beetje politiek bewust.
De beelden van de hossende Duitsers die in die gezegende nacht een feestje bouwden omdat de Muur was gevallen kan ik mij nog goed herinneren, maar vooral omdat mijn vader tegen mij zei dat dit echt een historisch moment was. Zon moment moest ik onthouden, zoals mijn vader zich de moord op de Amerikaanse president John F. Kennedy nog heel goed kon herinneren (mijn vader was toen zes, las het in de krant, fietste naar school, lette niet goed op, kwam te vallen en kwam in het ziekenhuis terecht, bijna had Lee Harvey Oswald ook mijn vader en dus ook mij vermoord bedacht ik mij later).
Niet de val van de Muur maar de val van Ceau?escu zes weken später maakte op mij echt een overdonderende indruk. In tegenstelling tot zijn Oost-Europese collegas wilde de Roemeense dictator beslist niet opstappen. Hij liet zijn veiligheidstroepen met scherp op de demonstranten schieten, probeerde te vluchten en werd uiteindelijk, samen met zijn nog griezeligere vrouw Elena, gefusilleerd. Ik leefde mee met het dappere Roemeense volk, huilde toen de nieuwslezeres vertelde dat er demonstranten waren doodgeschoten, was blij toen de dictator gevangen was genomen en opgelucht toen ze hem tegen de muur hadden gezet. De val van de Berlijnse Muur was één moment, de val van Ceau?escu was een heel drama, een historisch drama dat echt nog een keer verfilmd moet worden en dan heel veel Oscars moet krijgen.
1989 staat symbool voor de grootste breuklijn van de tweede helft van de twintigste eeuw. Aan de Koude Oorlog kwam een einde en in Oost-Europa mocht men zich nu ook laven aan de zegeningen van democratie en kapitalisme. Voor de politieke verhoudingen in Nederland was 1989 ook een cruciaal jaar, ontdekte ik later als historicus. Linkse mensen gingen bij zichzelf te rade. Elsbeth Etty, de éminence rouge van de Grachtengordel, schreef in 1991 met andere prominente progressieven het boekje Alles moest anders, waarin ze hun verontschuldigingen aanboden voor hun naïeve geloof in het communistische systeem. VVDer Frits Bolkestein daarentegen klopte zich op de borst: rechts had toch gelijk. De tegenstelling tussen links en rechts in de politiek werd door 1989 een stuk minder relevant, waardoor het belangrijkste obstakel voor een toekomstige coalitie tussen PvdA en VVD werd weggenomen. Zonder Mauerfall was er misschien nooit een paars kabinet tot stand gekomen.
Het verslappen van de ideologische tegenstellingen werd door de Amerikaanse politicoloog Francis Fukuyama profetisch geduid: hij kondigde het einde van de geschiedenis aan. Democratie en kapitalisme hadden gewonnen, het gaat nu alleen maar beter met de wereld, was de optimistische gedachte die veel mensen hadden.
Achteraf was de voorspelling van Fukuyama natuurlijk nogal naïef. Nog geen twaalf jaar na de val van Berlijnse Muur boorden twee passagiersvliegtuigen zich in het WTC in New York, wat een nieuwe periode van wereldwijde politieke tegenstelling inluidde: the War on Terror tussen het Vrije Westen en de fundamentalistische islam. Net als de periode 1918-1939 is de periode 1989-2001 een interbellum. De tegenstelling tussen links en rechts in de Nederlandse politiek is nu weer helemaal terug, compleet met revolutionaire actiegroepen die protesteren tegen Zwarte Piet en Israël, zoals men in de jaren zeventig protesteerde tegen kerncentrales en Zuid-Afrika.
De val van de Berlijnse Muur wordt in linkse kringen ook van een nieuwe ideologische spin voorzien. GroenLinkse tweeps deelden massaal een plaatje van de Israëlische muur die de Israëlische gebieden van de Palestijnse gebieden op de Westbank scheidt. De boodschap: het hypocriete Westen juichte toen de Berlijnse Muur viel, maar protesteert niet tegen de Israëlische muur.
Hieraan kan ik mij dus enorm ergeren. Op de Israëlische muur mag je van mij best kritiek hebben en een vergelijking tussen beide muren is historisch misschien/wellicht interessant, maar het kortetermijndenken en het dogmatische anti-Amerikanisme van deze GroenLinks-tweeps is stuitend. Juist de voorlopers van GroenLinks - CPN, PSP, PPR en EVP - waren ten tijde van de Koude Oorlog ontzettend begripvol tegenover communistische dictaturen. Natuurlijk was er mondjesmaat kritiek, zo veroordeelde de PSP terecht de inval van de Sovjet-Unie in Afghanistan in 1979, maar de NAVO werd door deze partij rücksichtslos gelijkgesteld met de Wehrmacht. Een beetje meer bescheidenheid en introspectie zou GroenLinks-tweeps sieren denk.
1989 betekent voor mij een baken van hoop. Muren en ideologische scheidslijnen verdelen mensen, maar kunnen godzijdank verdwijnen. Geforceerde tegenstellingen en ideologisch dogmatisme houden de mensen dom en volgzaam.
We dont need no thought control.