J.J. Abrams heeft Star Trek opnieuw uitgevonden, maar grijpt terug op bekende personages en verhaallijnen. Star Trek Into Darkness voegt weinig meer aan de serie toe dan indrukwekkende visuele effecten.
De vorige Star Trek film, waarin regisseur J.J. Abrams het bekende duo Kirk en Spock van stal haalde, maar voor de rest weinig eerbied had voor de rest van de geschiedenis van de serie, was een groot succes, dat wil zeggen: vanuit financieel perspectief. Het gebrek aan diepgang en technische discussie en de afwezigheid van soms langzame ruimtegevechten waarin de nadruk meer lag op het drama dan de visuele effecten sloeg aan bij het grote publiek.
In het vervolg, dat deels is gebaseerd op de tweede Star Trek film uit 1982, The Wrath of Khan, wordt die trend doorgezet. Het plot kraakt aan alle kanten. Toeters en bellen moeten ervoor zorgen dat de kijker daar weinig van merkt.
Emblematisch is de openingsscene van de nieuwe film waarin het ruimteschip de Enterprise uit het water opstijgt: visueel indrukwekkend, maar onlogisch. In Star Trek kunnen mensen en materieel zonder moeite uit de ruimte naar de oppervlakte worden getransporteerd. Ruimteschepen zijn, mogen we toch aannemen, niet gebouwd om tegelijkertijd als onderzeeboten te dienen. Wat is het nut van deze actie -- behalve de kijker een mooi plaatje geven?
De interne logica van Star Trek wat de sciencefiction-serie juist geloofwaardig maakte wordt niet alleen ten gunste van de visuele effecten overbood gezet. Ook het verhaal heeft eronder te lijden.
Een van de slechteriken in de film, een krankzinnige admiraal, wekt de aartsvijand van de hoofdpersonen (die fantastisch wordt neergezet door Benedict Cumberbatch), na eeuwenlang ingevroren geweest te zijn, tot leven om hem te helpen in zijn snode plannen. Een nogal omslachtige manier om hulp te vergaren. Uitgelegd wordt niet waarom zijn keuze juist op Cumberbatch viel of hoe hij deze überhaupt heeft weten te vinden. Het lijkt slechts te dienen om de aanwezigheid van de rol die Cumberbatch vertolkt te rechtvaardigen, maar dat voegt eigenlijk niets toe aan de film. De Britse acteur had net zo goed een tot nog toe onbekende schurk kunnen spelen.
Cumberbatch keert zich tegen zijn mentor, en vlucht naar de thuiswereld van een vijandelijk ras, de Klingons -- die ongetwijfeld tot de frustratie van menig Star Trek fan wederom een make-over hebben gekregen. Kirk (Chris Pine), bevelhebber van de Enterprise, krijgt de opdracht hem daar op te sporen en te vernietigen met langeafstandsraketten die als metafoor moeten dienen voor de onbemande vliegtuigjes waarmee de Verenigde Staten terroristen uitschakelen. Zelfs de anders koele en logisch-nadenkende Spock (Zachary Quinto) vindt dit onmenselijk. Het vergt weinig moeite Kirk ervan te overtuigen de 'terrorist' hoogstpersoonlijk te arresteren -- ook al moet hij dan een schip vijandelijk gebied inleiden wat, in het ergste geval, een oorlog met de Klingons zou kunnen uitlokken. Het is immers 'sportiever' (volgens deze wonderlijke logica) niet alleen de levens van je bemanning op het spel te zetten en een oorlog te riskeren, dan van een veilige afstand een aantal raketten af te schieten.
Uiteindelijk komen Kirk en zijn bemanning erachter dat ook hun meerdere niet is te vertrouwen, wat tot meer wapengekletter en gevecht leidt. Vanaf dit moment wordt de verhaallijn van The Wrath of Khan min of meer gevolgd, zij het met grotere gevechten, snellere actiescènes en een bepaald-niet-onverwachte wending. Op even voorspelbare wijze komt alles uiteindelijk goed en kan de Enterprise aan een fatsoenlijke ontdekkingsreis beginnen.
Het mantra van Star Trek was ooit immers, "Where no man has gone before." Van ontdekking en verbazing of überhaupt iets nieuws is de laatste tijd echter geen sprake. Toegegeven, die trend werd ingezet voordat J.J. Abrams de touwtjes in handen kreeg, maar onder zijn aansturing werd al het voorgaande, tot afgrijzen van de meeste fans, wel heel drastisch overboord gezet. Er moest een frisse start worden gemaakt onder J.J. Abrams, zo lijkt het. Dat is dus niet gebeurd. In tegendeel, Star Trek Into Darkness recyclet niet alleen de bekende personages van het eerste uur; alle plot-elementen uit The Wrath of Khan, de (niet alleen naar de mening van deze recensent) beste Star Trek film, worden schaamteloos overgenomen, maar op zo'n manier dat het weinig meer oplevert dan een slap aftreksel van het origineel. De visuele effecten mogen nog zo schitterend zijn; wat overblijft is vooral de teleurstelling.
Star Trek Into Darkness is vanaf donderdag in de bioscoop te zien.