Ruim zeventig Syrische burgerdoden door vatbommen van Assad

Afgelopen week zijn er verspreid over twee plaatsen meer dan 70 doden gevallen door het gooien van explosieven uit helikopters.

Op De Dagelijkse Standaard schrijven we regelmatig over de gruweldaden van ISIS, dat inmiddel half Syrië bestrijkt. Maar het is niet alleen de terreurbeweging dat veel burgerdoden op diens naam heeft staan. Ook het regime van president Assad treft blaam. Vatbommen hebben de afgelopen tijd het leven gekost aan meer dan zeventig burgers:

Zeker 72 mensen zijn omgekomen door aanvallen van Syrische regeringstroepen met zogenoemde 'barrel bombs' (vatbommen), vaten met explosieven en scherven die uit helikopters worden gegooid.

Daarover bericht het Syrische Observatorium voor Mensenrechten zaterdag volgens de BBC.

Zeker zestig mensen zijn omgekomen in een aanval op al-Bab, een Noord-Syrische plaats die in handen is van terreurbeweging Islamitische Staat (IS).

Vatbommen zijn explosieven die vanuit helikopters naar beneden geworpen worden en daar meteen uit elkaar spatten in meerdere onderdelen die vervolgens ook weer ontploffen; hetgeen resulteert in een 'blast zone' die groot is, en waarbij veel mensen in één keer de dood vinden. In dit geval werden de bommen gegooid op marktpleinen, waar veel mannen inkopen aan het doen waren. Onder de slachtoffers bevinden zich nauwelijks vrouwen, want in gebieden die onder de controle van ISIS vallen, komen vrouwen nauwelijks naar buiten.

Het regime van Assad ontkent het gebruik van vatbommen. Een woordvoerder gaat zelfs zo ver om te claimen dat het regime niet eens vatten heeft, laat staan vatbommen. Maar dagelijkse ooggetuigenverslagen van activisten rijmen niet met de ontkenningen van het Syrische leger.

Ondertussen blijft ISIS terrein veroveren. Gisteren werd een grote gevangenis in het onlangs veroverde Palmyra opgeblazen. ISIS oordeelde dat de gevangenis een symbool was van het Assad-regime, en dat het opblazen ervan een krachtig signaal zou zenden. Alle gevangenen zijn vrijgelaten.