Het lot van de euro ligt uiteindelijk in handen van Berlijn. Nu vanuit de politieke flanken de aanval op de eenheidsmunt wordt ingezet, is die munt daar niet langer heilig.
Doordat Frankrijk onder de zwakke president Hollande steeds verder afglijdt naar de status van Zuid-Europees probleemland, zijn het primair de Duitsers die beslissen over het voortbestaan van de eenheidmunt. Hoe lang willen die nog de portemonnee blijven trekken? Voorstanders van de euro konden vandaag hoop putten uit berichten, als zou achter de sombere Griekse cijfers een meer
rooskleurige werkelijkheid schuil gaan. Tegenstanders van de euro daarentegen verwelkomen de steeds luider klinkende anti-euroretoriek in de aanloop naar de Bondsdagverkiezingen in september.
De euro is in het politieke discours bij onze oosterburen niet langer heilig. Eerder al zagen we de nieuwe anti-europartij
Alternative für Deutschland (AfD) op het politieke toneel verschijnen, welke partij in de rechts-conservatieve hoek gesitueerd kan worden. En nu is het
Oskar Lafontaine [zie foto] van
Die Linke (een soort Duitse SP), die op zijn
website een
pleidooi houdt om te kappen met de euro. Deze Lafontaine is niet zomaar iemand. Oorspronkelijk afkomstig uit de sociaal-democratische SPD, en korte tijd minister van financiën in het eerste (rood-groene) kabinet onder leiding van zijn toenmalige politieke rivaal Gerhard Schröder. Later linksaf geslagen, en nu de status van mastodont binnen
Die Linke, een fusiepartij waarin ook de voormalige oostduitse communisten zijn opgegaan.
Die Linke, met twaalf procent van de zetels vertegenwoordigd in de Bondsdag, heeft altijd als enige partij tegen de europolitiek van Bondskanselier Angela Merkel gestemd. Maar nu gaat Lafontaine een stap verder en bepleit hij afschaffing van de euro en terugkeer naar nationale valuta's. Deze zet is te beschouwen als het tactische antwoord van de links-socialisten op de entree van Alternatieve für Deutschland op het politieke toneel. Beide partijen zijn geduchte concurrenten waar het gaat om de gunst van de eurokritische kiezer.
Inhoudelijk vaart Lafontaine een iets andere koers dan
Alternatieve für Deutschland. Laatstgenoemde partij bepleit zwevende wisselkoersen, terwijl Lafontaine meer ziet in terugkeer naar een stelsel als het voormalige
EMS, dus vaste bandbreedtes voor de wisselkoersen. Verder knoopt Lafontaine er nog een analyse aan vast die het Duitse beleid van loonmatiging als oorzaak van het mislukken van de euro aanwijst. Je bent socialist of je bent het niet. Maar de kiezer zal dit allemaal beschouwen als
technicalities die er niet echt toe doen.
Voor de gevestigde (eurofiele) partijen is dit alles geen goed nieuws. Het zal nu niet meer lukken om de euro, en in het verlengde daarvan de Europese Unie, buiten het politieke debat te houden. Het debat over de euro zal niet langer beperkt blijven tot het academische mileu, maar overslaan naar de politiek. Gezien het spoor van verwoesting dat de euro door Europa trekt, wordt het voor die gevestigde partijen geen eenvoudige opgave om hun europolitiek te verdedigen. Zoals scheidend CPB-directeur Coen Teulings
onlangs opmerkte, stellen de financieel-economische voordelen van de euro weinig voor. Zonder de eenheidsmunt zouden we het leeuwendeel van de voordelen van de Europese integratie toch wel hebben gerealiseerd.
Maar ontbinding van de monetaire unie is volgens Teulings nu buitengewoon kostbaar. Dat zou dan een reden moeten zijn ermee door te gaan. Niet echt een verhaal om de kiezers enthousiast te maken.Het ziet er nu dus naar uit dat voor het eerst grote groepen Duitse kiezers geconfronteerd gaan worden, niet alleen met de voors, maar vooral ook met de tegens van de euro. En dat is winst, want de taboeïsering van belangrijke politieke thema's leidt vroeg of laat altijd tot een hoop ellende. Daar kunnen we in Nederland over meepraten.