Het is deze zomer nu al een ramp: de eikenprocessierups! Iedereen in Nederland is nu al bekend met deze harige rups. Of vanwege het continue nieuws rondom dit jeuk veroorzakende beestje of omdat ze ze zelf slachtoffer zijn geworden van deze nare beestjes.
Slecht nieuws alleen. De helden van bedrijven die deze eikenprocessierupsen verwijderen zijn met slecht en vervelend nieuws gekomen. Ze kunnen de verwijderden en ingezamelde rupsen niet meer kwijt. Hoezo? De aangewezen vuilverbranders weigeren namelijk de rupsen te verbranden.
Niet omdat deze bedrijven ineens milieu- of dierenactivisten zijn geworden. Nee omdat ze het gevaarlijk achten voor hun personeel, ze zijn namelijk bang dat de zakken waarin de rupsen worden aangeleverd scheuren. Mochten de zakken scheuren dan levert dit natuurlijk direct gevaar op voor het rondlopende personeel.
Wij verwerken de zakken normaliter met een knijper. Onze medewerkers kunnen last van de brandhaartjes krijgen als de zak bij het knijpen opengaat. Het is te gevaarlijk voor het personeel. Daarom kiezen we ervoor om dit niet te doen.’’
Als tijdelijke oplossing huren de vuilverbranders nu bijvoorbeeld een extra container om de rupsen te bewaren. Voor nu is dit nog vol te houden maar op de lange termijn moet er een landelijke oplossing komen voor dit grote dilemma.
Het ministerie van Landbouw is op de hoogte gesteld en ook gevraagd om mee te denken over een oplossing. De nood is hoog op dit moment, want het vervelend blijft dat het een moeilijk proces is om van de beestjes af te komen. Het simpelweg verbranden van de beestjes blijkt dus moeilijker en gevaarlijker dan gedacht.