Met het naderen van de Gemeenteraadsverkiezingen van maart, komen er ook steeds meer peilingen over die toekomstige stembusgang naar buiten. Met deze keer: Den Haag, waar de macht van de landelijke partijen onder druk lijkt te staan. Een jaar geleden begon Nederland zich toch echt druk te gaan maken om de Tweede Kamerverkiezingen die toen in maart gehouden werden. En hoewel lokale verkiezingen traditioneel minder leven - lokale politiek lijkt paradoxaal toch verder van kiezers af te staan - is die tijd van extra aandacht toch echt aangebroken.
Inleidend, voordat de campagnes echt van start gaan, betekent dat vooral dat peilingbureas weer aan de slag gaan met doen waar ze goed - en soms, zo bewijzen de laatste jaren wel, minder goed - in zijn: de stemming onder het kiesgerechtigde volk peilen. Deze keer
gebeurde dat in Den Haag, de stad die als derde gemeente van Nederland én het centrum van de politieke macht natuurlijk niet erg oninteressant is. Op dit moment heeft een coalitie van D66 (8 zetels), PvdA (6), Haagse Stadspartij (5), VVD (4) en CDA (3) daar de macht, maar het eerste wat opvalt is dat dat feestje over anderhalve maand toch echt voorbij is: alle partijen, op de VVD na, verliezen zetels of blijven, in het geval van D66, steken. Onder de streep zou dit een verlies van vier zetels betekenen, te weinig voor een nieuwe coalitie.
De pijnlijkste klappen vallen echter buiten de coalitie, bij de PVV. Die partij heeft de afgelopen maanden, onder andere met een antisemitisch aspirant-raadslid in Rotterdam, aardig wat schandalen moeten verduren. Schandalen die makkelijk voorkomen hadden worden als die partij zich nu eindelijk eens als een volwaardige partij zou organiseren, inclusief leden die - als je ze eenmaal goed kent - naar voren kunnen worden geschoven bij dit soort verkiezingen. Maar nee, in plaats daarvan moet het allemaal op het moment an sich, en haal je de meest ongure types binnen. Niet zo gek dus dat Nederland, en dus Den Haag, de PVV eventjes niet meer zo ziet zitten.
Waar verliezers zijn, zijn echter ook winnaars. En één van die winnaars,
Groep de Mos, toont zich in een persbericht uitermate positief over de peiling en, vooral, de toekomst. Deze lokale rechtse partij doet uiterst goede zaken, en stijgt van drie naar vijf zetels, waarmee ze de derde partij van de stad zouden worden - nu zijn ze de zevende:
"Deze groei is goed nieuws voor de stad," zegt Richard de Mos. "We zijn er nog lang niet, maar deze peiling bevestigt dat we de grootste partij van Den Haag kunnen worden.
Volgens De Mos is hier sprake van een trend, waarbij lokale partijen de grote nationale clubs steeds vaker verslaan:
(...) aldus De Mos, die gelooft dat lokale politiek hét antwoord is deze verkiezingen: "Uit een eerdere peiling van Maurice de Hond bleek ook al dat meer dan 28 procent van de kiezers in Nederland deze gemeenteraadsverkiezingen op een lokale partij stemt. Landelijke partijen hebben geen oog voor het lokale belang. Lokaal wordt het helemaal dit jaar."
Die conclusie lijkt echter voorbarig: vooralsnog geeft het leeuwendeel van de Haagse kiezers nog aan voor een landelijke partij te gaan. Maar misschien verandert dat inderdaad nog voor de dag zelf aangebroken is: wie weet wat de campagne ons nog zal brengen.