Het zijn titels die je doen denken aan het voormalige Oostblok, aan dystopische romans, zoals Orwell’s 1984, of aan de wijze waarop ook in onze tijd een paternalistische overheid meent te moeten communiceren met een eigenzinnige burgerij die moet worden opgevoed tot deugdzaam gedrag.
Vanwege mijn werk moet ik die rapporten lezen, maar ik doe dat wel met de nodige zelfbescherming. Wat je moet doen, is voorzorgsmaatregelen nemen om te voorkomen dat die dorre overzichten vol met doctrinaire stellingnames blijvende schade aanrichten aan (a) je oordeelsvermogen en ook (b) je stijl van schrijven.
Ik lees dus “tegenvoer”. Ten aanzien van het onderwerp waarover het hier gaat, kan ik de Franse essayist Pascal Bruckner aanraden. Bruckner schreef in 2017 Un racisme imaginaire: islamophobie et culpabilité. Dit zou eigenlijk verplicht leesvoer moeten zijn voor de
Akwasi-officier Jacobien Vreekamp, want het OM wil tenslotte dat hun magistraten “midden in de maatschappij” staan. Goed zo, OM.
Dan maar geen nevenfuncties bij meldpunten waar ze verder radicaliseren in een tunnelvisie met mede-Black-Lives-Matter-adepten. Je moet ze aan het werk zetten. In een “diverse context” plaatsen. En dat is: ze in het kader van écht diversiteitsbeleid dingen laten lezen die ze maar nauwelijks kunnen verdragen (moeten “tolereren”, → tolerantie, verdraagzaamheid als karaktereigenschap).
Geef ze een paar maanden vrijaf om goede literatuur te lezen. Dat kan niet anders dan een heel heilzaam effect hebben op de kwaliteit van het vervolgingsbeleid en, op de langere termijn, ook op die van de rechterlijke macht als geheel. Brucker is ook vertaald in het Engels, trouwens: .
Gelukkig is nu ook weer nieuwe literatuur beschikbaar gekomen in onze eigen taal die dezelfde functie kan vervullen als Bruckner. Ik doel op het nieuwe boek van de Vlaamse essayist Johan Sanctorum. Zijn boek is onlangs uitgekomen onder de titel
Politiek incorrect: waarom (zelf)censuur slecht is voor uw gezondheid. We doen de schrijver onrecht door te zeggen dat het om een bundeling van kortere stukken gaat. Het is eigenlijk meer een virtuoos mooi geschreven filosofisch traktaat waarin een consistent uitgewerkte politiek incorrecte wereldbeschouwing wordt gepresenteerd. En dat over alles. Over de vrijheid van expressie. Over de UNESCO. Over de olieverslaving die ons in de greep van Saoedi-Arabië heeft gebracht. Over de racisme-rommel. Een uiterst vernieuwende en prikkelende beschouwing over MeToo–Sanctorum behandelt het allemaal.
Ik betrap me op de neiging op elke bladzijde formuleringen aan te strepen waarvan ik denk: “ja, zo moet je dat zeggen!”. Maar ja, bij mij valt wat hij zegt al op vruchtbare grond. Sanctorum moet natuurlijk eigenlijk gelezen worden bij de meldpunten. In de ministeries. Bij de ambtenaren van het OM, bij de rechters, en als laatste: bij de Brusselse bureaucratie. Heer, als u bestaat, maak dat mogelijk.