Ook geen staatssteun voor sigarettenfabrikant
Daar gaan we weer. Een fabriek dreigt te sluiten, dus moet de overheid iets doen.
De Philip Morris-fabriek in Bergen op Zoom de grootste van het bedrijf in de wereld gaat op 1 oktober dicht. Maar liefst 90 procent van de banen wordt geschrapt, wat betekent dat zo'n 1230 werknemers binnenkort thuis zitten. Slechts 131 kantoormedewerkers komen niet op straat te staan; die gaan werken voor andere bedrijfstakken. De productie wordt overgeheveld naar andere fabrieken in Europa.
Volgens de gemeente Bergen op Zoom zijn nog eens drie- tot vierduizend banen indirect van de sigarettenfabriek afhankelijk. "Dat kunnen wij als gemeente niet opvangen," zei een woordvoerder. Dus wil Bergen op Zoom hulp uit Den Haag, zelfs uit Brussel.
In Den Haag riep de PvdA het kabinet vrijdag al op "alles in het werk te stellen om het ontslag van de 1200 werknemers te voorkomen."
Het klinkt allemaal erg bekend. Nog maar drie maanden geleden ging de aluminiumsmelter Aldel in Groningen failliet. Ook toen werd opgeroepen tot staatssteun. Destijds wees VVD-minister Henk Kamp van Economische Zaken dergelijke staatssteun van de hand, hoewel zijn PvdA-collega Lodewijk Asscher later wel met extra geld over de boeg kwam om de ontslagen werknemers van Aldel een steuntje in de rug te geven. Ook nu zegt Kamp dat er van staatssteun geen sprake kan zijn. Hij wijst er onder meer op dat de beslissing van Philip Morris om de fabriek te sluiten niets met het vestigingsklimaat in Nederland heeft te maken, maar met een overproductie van sigaretten.
Dat is waar. Volgens de sigarettenmaker is de omzet de afgelopen vier jaar met 20 procent teruggelopen. Er wordt minder gerookt, dus zal de productie een stapje terug moeten doen. Dat net de fabriek in Bergen op Zoom daar slachtoffer van wordt, lijkt vooral dikke pech. Het is niet de schuld van de overheid en de overheid moet zich er niet mee bemoeien. Tenzij de PvdA belastinggeld wil uittrekken om meer sigaretten te produceren?
Wie wel nog eens twee keer na zouden mogen denken zijn de vakbonden die begin dit jaar een loonsverhoging van 3 procent voor het personeel van de Philip Morris-fabriek bedongen. Daar kan de overheid weinig aan doen, maar we moeten ons als land niet uit de internationale arbeidsmarkt prijzen.
