Nou, die zit. Piet Hein Donner bedoel ik. Na bijna tien jaar geëxcelleerd te hebben als minister, is de CDAer met het uiterlijk van een stevige SGPer, gepromoveerd tot onderkoning van Nederland. Onderkoning! Zo noemen ze dat in Den Haag: de vice-president van de Raad van State noemen ze onderkoning. Een zotte benaming natuurlijk, want wie noemt er een vice-president nu onderkoning?
Het zal er wel mee te maken hebben dat de koningin de voorzitter is van de Raad van State, en om koningin Beatrix nu ineens president te noemen gaat wel wat erg ver. Dan kun je de vice-president beter de onderkoning noemen, toch?
Enfin, Piet Hein is nu dus die onderkoning. Ik denk dat ik geen publiek geheim verklap als ik zeg dat deze benoeming al een tijdje in de lucht hing. SP, PvdA, D66 en GroenLinks wekken nu in koor de indruk dat de haren van Roemer, Cohen, Pechtold en Sap recht overeind gingen staan toen ze het nieuws hoorden, maar ze kletsen uit hun nek.
Wél vind ik dat we een les moeten trekken uit de gang van zaken. Laten we de benoeming van de 'onderkoning' voortaan gewoon laten verlopen volgens de regels van het erfrecht. Je bent voor het erfelijk koningschap, of je bent het niet. En als je voor het erfelijk koningschap bent, moet je óók voor het erfelijk onderkoningschap zijn.
In een fatsoenlijke constitutionele monarchie past geen democratisch door de ministers gekozen vice-president. Nederland is per slot van rekening geen ordinaire bananenrepubliek, maar een ordentelijke sinaasappeltjesmonarchie.