De Syrische dichter Adonis (pseudoniem voor Ali Ahmed Esber) zei enkele dagen geleden op tv in een VPRO-documentaire: Ik ken geen volk dat zo in staat is elkaar te doden, uit te roeien en elkaar te vernietigen als de Arabieren. Het lijkt alsof ze geschapen zijn om elkaar te doden.
Adonis is een groot dichter. Hij heeft ook lef. Maar hier vergist hij zich: hij spreekt over Arabieren zoals je over Europeanen kunt spreken, en dat is een fictie. Het Europese volk bestaat niet, net zomin als er een Arabisch volk bestaat. Zeker, de bloedige veroveringen door de moslims van het noorden van Afrika, het Midden-Oosten, tot aan India toe, waren zeer succesvol en legden over de toen bestaande inheemse culturen een nieuwe culturele laag. Maar die laag, de laag van de islam, is al tweehonderd jaar lang onderhevig aan erosie, en de onderlinge verschillen blijven groot.
De term Arabisch verdoezelt de grote regionale verschillen. De oorspronkelijke Berber-culturen van het noorden van Afrika zijn nooit geheel verdwenen. Onder het huidige Egypte sluimert de herinnering aan een oude beschaving. In het MiddenOosten zijn de herinneringen aan andere beschavingen nooit geheel uitgeroeid, ook al hebben de vertegenwoordigers van de islam dat eeuwenlang geprobeerd.
Toen in de zevende eeuw de Arabische bedoeïenen aan hun veroveringstochten begonnen, waren de streken waar nu de islam heerst multicultureel. Vroege vormen van het christendom werden in het noorden van Afrika en in wat nu Turkije heet alom beleden. Het wemelde van Joodse stammen. Overal kwamen nog andere vormen van culturele en religieuze praktijken voor.
Dat alles werd weggevaagd door de nieuwe religieuze ideologie gebaseerd op de verhalen over een strijder die ook pretendeerde Gods woord te spreken. Rondom de figuur van de profeet Mohammed ontstond een uiterst mannelijke beschaving, waarin strijd, opofferingsbereidheid, het verwerven van oorlogsbuit, het nemen van vele vrouwen en een heerlijk eeuwig leven in de dood met tientallen maagden, een verzameling van (voor mannen) onweerstaanbare waarden vormden. In de islam werden de basiswaarden van de stammenculturen van het Arabische schiereiland eer, strijd, mannelijkheid geïnstitutionaliseerd.
Adonis zei in die documentaire: Kijk nu eens naar de Arabische wereld, met al zijn rijkdom en mogelijkheden. Je kunt niet eens een universiteit vinden die bekend is in de rest van de wereld. Je kunt niet eens een instituut vinden waar ze wetenschappelijk onderzoek doen. We staan buiten de geschiedenis. We zijn een tweederangs volk. We consumeren wat anderen produceren. Straks is het afgelopen met ons. We hebben geen echte cultuur die uniek is en iets toevoegt en ons verheft tot de moderniteit.
Vooruitgang
Dat is niet altijd zo geweest. De islamitische culturen hebben na de veroveringstochten wel degelijk wetenschappelijke vooruitgang gebracht, maar vanaf de dertiende eeuw verloren de rekkelijken het van de letterlijken. Weliswaar maakte het geloof sterke agressieve krachten vrij, zoals bij de Turken, die vanuit CentraalAzië het Byzantijnse Rijk onder de voet liepen, en zelfs in 1683 aan de poorten van Wenen rammelden, maar de geestelijke vrijheden die vanaf de late middeleeuwen in de steden van Europa ontstonden, gingen aan de moslims voorbij.
Het christendom werd vanaf de vierde eeuw ook een Romeinse staatsgodsdienst, maar het overleefde eeuwen later de scheiding van kerk en staat een ontwikkeling waarin de vroege Republiek der Nederlanden een hoofdrol heeft gespeeld. De islam is in zijn ontwerp een staatsgodsdienst. In zijn verhalen is de centrale figuur Mohammed een heerser die de staatsmacht uitoefent. De centrale christelijke figuur Jezus ontbeert elke politiek-maatschappelijke claim.
Elk land dat in meerderheid een islamitische bevolking heeft, heeft in zijn grondwet staan dat de sharia, ofwel de wetten gebaseerd op de Koran en de traditionele verhalen over Mohammed, richtinggevend is. Er bestaat een Organisation of the Islamic Conference, de beruchte reactionaire club van Islamitische landen die geen christelijk equivalent kent.
Ofwel: de huidige crisis van de moslims, van de islam in het algemeen, is de crisis die ontstaat doordat de scheiding tussen kerk en staat, die absoluut noodzakelijk is voor deelname aan het grote avontuur van de menselijke vooruitgang, nog steeds niet is doorgezet.
De sjah van Perzië was bezig het geloof tot de moskee te beperken. De Turkse modernist Kemal Attatürk dwong de scheiding desnoods met geweld af. Maar tegelijkertijd ontstonden reactionaire tegenbewegingen. De Egyptische Moslimbroederschap werd opgericht naar het model van het Europese fascisme. Het salafisme, ofwel de vroomste droom over een terugkeer naar het samenlevingsmodel van de tijd van de profeet, leeft volop, zeker bij jonge mannen, die hun driftige fantasieën over een intens bestaan als strijder in militante islamistische groepen volop kunnen botvieren.
Wij, westerlingen, hebben geen ideologie meer waarin mannelijke agressie een gewaardeerd fenomeen is; alleen virtueel, in games, ondergaan onze jongens hun aangeboren behoefte aan strijd. Maar voor jonge moslims is vechten, doden en als martelaar sterven een echte optie, en volledig gesanctioneerd door hun geloof (in de strijd in Syrië kunnen jonge moslims zich volledig uitleven).
Vrijheid van expressie, vrijheid van onderzoek, vrijheid van godsdienst, vrijheid van verzameling zo lang de scheiding tussen kerk en staat niet is ongevoerd in de landen van de moslims, zullen de Arabische en andere moslims buiten de geschiedenis blijven staan.
Vraag
Hier raken we een akelig complexe vraag: kan een religie gebaseerd op de gedachten van een strijder en heerser de claim op de staatsmacht opgeven? Ofwel: kan de islam, die per definitie de heerschappij over de staat opeist, de scheiding tussen kerk en staat overleven? Wat blijft er van de islam over als het zich in de moskee terugtrekt?
Attatürk heeft de islam willen afbreken. Zijn erfenis wordt door reactionaire krachten ontmanteld. In het Westen kunnen we weinig anders doen dan toekijken en de krachten steunen die in Turkije, Syrië, Afghanistan, Egypte, overal in de islamitische wereld, de moderniteit willen omarmen. We bevinden ons in een frustrerende en machteloze positie.