De 2Doc documentaire over autist Kees Momma is inmiddels al honderden duizenden keren bekeken. In anderhalf uur wordt in Het beste voor Kees de vraag voorgelegd wat er met Kees gaat gebeuren als zijn ouders er niet meer zijn. Pappie en mammie zijn beiden in de tachtig en Kees woont nu nog in een chalet bij ze in de tuin.
Maar het was niet deze vraag, niet zijn tekentalent, niet zijn afkeer jegens korte rokjes, niet zijn treinbaanliefde en niet zijn haat aan het Mediterrane klimaat dat me meesleepte. Nee, het was zijn manier van praten. Ik raakte gefascineerd door het taalgebruik van de beste Kees. Zijn zinnen, zo perfect geformuleerd. En de woorden die hij zo zorgvuldig uitzoekt, allemachtig prachtig zijn ze.
Want wanneer gebruiken we het woord kanonnade nog? Hier gebruikt als hij het heeft over vervelende Duitse automobilisten: dan verdienen zulke gasten ook een Duitse scheldkanonnade. Of de geschifteling die aan het toeteren was achter het huis. Om nog maar niet te spreken over het prachtig geoutilleerde huis, de gewetenloze wildcrimineel, het resultaat dat tot opperste voldoening leidde en de vreselijke penarietoestand waar hij zich in verkeerd. Misschien is Kees op het gebied van de Nederlandse taal wel de leukste persoon die ik ooit heb gezien.
De meest prachtige Nederlandse woorden en zinnen in een bommetje, dat is Kees.