Radovan Karadzic heeft 40 jaar gekregen voor zijn rol in de genocide bij Srebrenica.
Dat is de uitspraak van het Joegoslaviëtribunaal donderdag. Deze veroordeling volgt na een spraakmakende rechtzaak waarbij de Bosnische Karadzic werd verdacht van het faciliteren van het drama in Srebrenica.
Karadzic kwam uit het deel van Joegoslavië wat nu als Bosnië bekend staat, maar was etnisch Servisch. De verspreiding van de etnische groepen kwam vroeger immers niet geheel overeen met de indeling van de verschillende staten die we kennen sinds het uiteenvallen van Joegoslavië na de oorlog in de jaren '90.
De genocide in Srebrenica richtte zich op de moslimbevolking van het Bosnische dorp. VN-militairen, waaronder Nederlanders, hadden de opdracht gekregen om deze moslimenclave te beschermen. Het Servische leger, onder leiding van Mladic, nam deze militairen echter gevangen en vermoordde het merendeel van de bevolking van het dorp.
Hoewel Karadzic niet meedeed aan deze slachtpartij, had hij destijds wel de politieke macht om deze te voorkomen. Het feit dat hij dit niet heeft gedaan is wat hem het meeste wordt kwalijk genomen door het tribunaal, dat niet gelooft dat hij niets van de plannen wist. De genocide was nadrukkelijk een geplande gebeurtenis, die niet spontaan was uitgevoerd. Karadzic was destijds de politiek leider van de etnische Serviërs in Bosnië, en had nauwe banden met Mladic. Hij had dus moeten weten wat zich zou gaan afspelen in het dorp. Het wordt waarschijnlijk geacht dat hij mee heeft geholpen met het plannen van de inval, en zeker bevonden dat hij in ieder geval er vanaf wist.
Bij de genocide in Srebrenica in juli 1995 zijn naar schatting meer dan 7000 burgers om het leven gebracht.