Het Kabinet wil de komende jaren meer uitgeven aan ontwikkelingshulp en noodhulp, maar schuift ook nog met geld in het bestaande budget. Zo wordt voor landen als Indonesië minder uitgegeven in het voordeel van landen zoals Irak en Jordanië. Het lijkt er op dat het Kabinet, al zal het niet concreet gezegd worden, inzet op een vorm van 'preventie' in een moralistisch jasje. Ten behoeve van 'handel en groeimogelijkheden voor mensen in arme landen'. Het kabinet richt zich daarom vooral op conflictgebieden in de buurt van Europa, waar vluchtelingenstromen op gang komen en terroristische groeperingen vrij spel hebben. Ook de gebieden die ernstige gevolgen van klimaatverandering ondervinden of gaan ondervinden behoren tot de focusregio's. Daar gaat 40 oplopend tot 80 miljoen euro per jaar naartoe.
Stabiliteit elders in de wereld betekent voor Nederland niet alleen veiligheid, zegt Kaag. Het betekent ook verdienvermogen voor Nederlandse bedrijven die hun kennis en technologie kunnen verkopen in landen die economisch gaan groeien.
In het beleid voor de komende jaren is daarom een grote rol weggelegd voor het Nederlandse bedrijfsleven en het mkb. "Overal ter wereld willen mensen uiteindelijk handel, en werken aan de groei van hun economie", zegt Kaag. "De banen voor de jonge beroepsbevolking in ontwikkelingslanden moeten van bedrijven komen, niet van overheden."
Vooral beleid ter preventie, zodat mensen in
Afrika en het
Midden-Oosten niet willen migreren naar Europa. Als het daar beter gaat, dan zullen ze niet naar Europa willen vertrekken. Het regeringsbeleid is daarbij ook gericht op handel en het
bedrijfsleven. Zo zul je zien dat het morele gehalte achter dit beleid toch wat meer bedekt wordt door puur economisch pragmatisme en opportunisme.
Het is al een sterke verbetering vergeleken met het verleden. Minder zinloos uitgeven en meer focus op noodhulp en het stimuleren van handel. Zo wordt het dus minder 'ontwikkelingshulp' en meer een 'investering'. Zo lijkt de naam van het ministerie dan ook nog het enige te zijn dat nog een beetje refereert naar de institutie van wat het ooit was. Mij hoor je niet klagen, ik vind het een goede ontwikkeling.
