Premier Rutte laat weten achter minister van buitenlandse zaken Uri Rosenthal in dienst strijd tegen het ICCO. Wat hem betreft volgt er een stevige dialoog als organisaties dingen met het geld doen die ons niet bevallen, waarna zij eventueel gekort worden.
Dat
bericht De Telegraaf.
Hij reageerde daarmee op de kritiek van Rosenthal op het ICCO. Zoals DDS-lezers weten financiert deze club pro-Palestijnse en anti-Israëlische organisaties, wat natuurlijk geheel in strijd is met het kabinetsbeleid. Rutte vindt dat Rosenthal gelijk heeft: dergelijke clubs horen geen geld te ontvangen van de staat.
Wel voegt de premier eraan toe dat het niet de bedoeling is 'om een checklist te maken van eisen waaraan organisaties moeten voldoen'. Dat zou blijkbaar niet politiek correct zijn en dat moet natuurlijk ten koste van alles voorkomen worden.
Hoewel het plezierig is dat Rutte de minister van BuZa steunt had hij best wat verder mogen gaan. Een dergelijke checklist zou prima op zijn plaats zijn. Organisaties die subsidie ontvangen van de staat moeten zich aan bepaalde regels houden. Weigeren ze dat te doen dan moeten ze op eigen benen staan. (nu we het er toch over hebben, waarom ontvangen dit soort clubs eigenlijk overheidssteun? Laat ze het toch op eigen kracht doen) Is dat werkelijk teveel gevraagd? Mij lijkt van niet. We stellen immers ook eisen aan werklozen, WAO'ers en andere uitkeringstrekkers. Dat is prima te verantwoorden.
Het wordt tijd dat het kabinet dat door sommigen beschreven is als 'het meest rechtse ooit' het ICCO en andere organisaties eens goed het vuur aan de schenen legt. Aanpakken, die subsidiesponzen. En snel.