Jaap Blokker, bestrijder van de euro en de illegalenindustrie
Er is vandaag in de media nogal wat aandacht voor het verschijden van Jaap Blokker. Wat onze grote vrienden van de media echter onverlet laten is het feit dat Blokker een bijzonder moedig man was.Hij sprak zich, anders dan zijn mede topmensen, vaak uit over gevoelige sociale en politieke vraagstukken.
Waar de zelfbenoemde elite jarenlang net deed alsof haar gouden neus bloedde over, bijvoorbeeld, Griekenland en de toekomst van de euro, waarschuwde Blokker vorig jaar dat het helemaal de verkeerde kant opging. Natuurlijk werd hij vakkundig genegeerd door de politiekcorrecten onder ons, maar goed, dat doet niets af aan zijn bereidheid moeilijke onderwerpen bespreekbaar te maken.
Vooral de Grieken wekken de toorn van de retailkoning. Griekenland is een hoogst curieus land, aldus Jaap Blokker (Quote 500 nr. 7, 1,6 miljard) in het voorwoord van het jaarverslag. Het land produceert nauwelijks iets anders dan feta en olijfolie, het wacht gezapig tot buitenlandse toeristen het geld van zelf komen brengen, het heeft Europese buitengrenzen die zo lek zijn als een mandje het heeft meer ambtenaren dan ondernemers, die bovendien al op hun 53e met pensioen mogen, en het heeft regeringen die alle boekhoudregels aan hun laars lappen. Hierdoor is inflatie het belangrijkste Griekse exportartikel geworden, die wij als mede-eurolanden nu gedwongen gaan importeren.
En niet alleen de Grieken moesten het - geheel terecht - ontgelden, datzelfde gold voor Oost-Europeanen:
Naast Zuid-Europeanen hadden we beter ook met een boog om Oost-Europeanen heen kunnen lopen. Enkele van de meest achtergebleven economieën van Europa blijken broedplaatsen van de meest vindingrijke criminelen, meesters in cyberroof en skimtechnologie. Psychopaten die verlof krijgen van de TBS-kliniek zijn Blokker uiteraard ook een doorn in het oog, net als de toenemende belastingdruk van lagere overheden. De oude baas vreest zelfs voor bordjes pas op, winkelen kost geld, nu steeds meer gemeenten een reclametaks invoeren.
Er zijn niet veel topmannen die de courage hebben over deze onderwerpen te spreken. Blokker had dat wel.
Ook had deze parel van het Nederlandse bedrijfsleven het één en ander te zeggen over zogenaamde kutmarokkanen en ander tuig dat de boel hier verstierd:
Topman Blokker zegt dat het aantal roofovervallen op de winkels van het concern verontrustend groot is. "In een winkel werken betekent anno 2002 in Nederland een gerede kans hebben op een kwade dag in de loop van een pistool te kijken of een mes op de keel gezet te krijgen'', aldus Blokker. Het overgrote deel van deze overvallen worden volgens de zakenman gepleegd door allochtonen. "De daders hebben vooral een Antilliaanse, Marokkaanse of Oost-Europese achtergrond. Dit wisten de medewerkers van de winkels al jaren, maar achtereenvolgende regeringen hadden het niet door'', stelt Blokker.
Let wel, hij deed deze uitspraken dus in 2006. Mensen met een goed functionerend geheugen zullen zich ongetwijfeld herinneren dat mensen die er toendertijd dit soort meningen op nahielden sociaal vrijwel altijd kaltgestellt werden. 'Het zal wel', moet Blokker gedacht hebben, 'dat weerhoudt mij er niet van het beestje bij zijn naam te noemen'. Sterker nog, vervolgens haalde hij ook meteen even hard uit naar de mensen die hem het zwijgen wilden opleggen:
"Beroepsmoralisten die een complete asiel- en illegalenindustrie op gang hielden, samen met de gezagsdragers die Nederland als gidsland presenteerden en met hun tolerantie de drugsmaffia vrij spel gaven, zijn medeverantwoordelijk voor een sociale verloedering die onder meer in onze winkelstraten tot uiting komt.''
Er zijn niet veel zakenmensen zoals Blokker. Zijn dood is dan ook een groot verlies voor het land. Rust in vrede Jaap.
