We raken er maar niet over uitgepraat, Sylvana Simons. In een interview op NPO Radio 1 zei ze dat je Nederlanders nóóit van racisme mag betichten. Dus wat nu?! Via The Post Online. Als we Sylvana mogen geloven mag je in dit land geen racisme,
seksisme of
homofobie aankaarten. 'Daar moet je maar een manier voor vinden om ermee om te gaan', zegt ze. Ze stuurt natuurlijk aan op dat we dergelijke zaken wél aan moeten kunnen kaarten en er naar geluisterd moet worden, maar ze stuit op weerstand. Wat zijn Nederlanders toch kút op dat vlak!
Dat het te maken kan hebben met het feit dat tegenwoordig zo'n beetje álles homofobisch, seksistisch of racistisch is, laat ze wijselijk achterwege. De termen hadden vroeger een vrij heldere definitie. 'Die kut zwarte', 'die vieze homo' en 'zij moet terug naar de keuken' waren voor iedereen duidelijke gevallen van een overschreden grens. Tegenwoordig lijkt het echter op dat zo'n beetje álles al snel in een van die hokjes valt.
Noem je iemand 'een lekker wijf'? Dan ben je al een seksist want dat is objectificatie van de vrouw. 'Die zwarte jongen daar' is al racisme want je haalt z'n huidskleur aan als kenmerk. Scheldt je iemand uit voor 'vuile flikker', dan loop je kans op een onderzoek wegens homofobie. Netjes is het natuurlijk allemaal niet maar het is een wezenlijk verschil van de lynchpartijen in het verleden van de Verenigde Staten, het stenigen van homoseksuelen of vrouwelijke getuigen half zo zwaar laten meetellen voor een rechtszaak.
Tegenwoordig gaat het meer om het beschermen van gevoelens en krijgt dat net zoveel aandacht als daadwerkelijk geweld tegen bepaalde groepen. Hierdoor verdunt men de betekenis en lading van die woorden en gaat het mensen tegenstaan. Dáárom trekt Simons de conclusie dat je 'het niet mag zeggen'.
Ik wil hiermee dus absoluut niet kwesties omtrent racisme, homofobie of seksisme bagatelliseren, maar enige vorm van discussie over welke vormen nou daadwerkelijk kwalijk zijn en wanneer het relatief onschuldig is, lijkt mij wel op z'n plaats. Op eenzelfde manier als dat er onderscheid wordt gemaakt tussen een goedaardige en kwaadaardige tumor. De één vereist acute behandeling, de ander wellicht minder of minder intensief. Dat onderscheid wordt niet langer gemaakt en werkt duidelijk averechts.