In de stad Bristol stond een standbeeld van ene Edward Colston. Die zou heel veel betekend en gedaan hebben voor zijn stad. Het enige probleem? Meneer was slavenhandelaar. En dus moest zijn standbeeld weg.
Zo gezegd, zo gedaan. Maar, dachten linkse activisten, er moest wel een ánder standbeeld voor in de plaats komen. Hun oplossing? Een groot beeld van Black Lives Matter-kopstuk Jen Reid. Het werd pardoes op de plek gezet waar eerder het beeld van Colston stond, en klaar.
Tenminste, dat dachten de BLM-activisten. De gemeente dacht daar heel anders over. Want: er was helemaal geen toestemming gegeven voor het plaatsen van dit standbeeld. Er was geen vergunning afgegeven, niks. Het beeld werd er 'gewoon' neergezet, zonder rekening te houden met de regels.
Het gevolg is dat het standbeeld van Hoe-Heet-Ze al na een dag werd weggehaald. Hilarisch genoeg is het gegeven aan het lokale museum. Wie dat beeld wil zien is mij een raadsel, maar goed, misschien dat er een stuk of twee linkse activisten zijn die er een museum voor willen bezoeken.