Dit is brok 3a van de gastbijdragen van André Bijkerk. Voor zijn eerdere bijdragen zie hier en hier. Toen John F Kennedy aantrad als president in 1960, erfde hij van de vorige regering vergevorderde plannen voor een invasie van Cuba. Deze mislukte operatie in de Varkensbaai werd zijn grootste fiasco, maar het legde ook de basis voor een succesvolle afronding van de daaropvolgende
Cubacrisis in 1962, waarbij een nucleaire oorlog ter nauwernood werd afgewend.
Kennedy had namelijk zijn les geleerd van het varkensbaaifiasco. De onjuiste beslissing was puur en alleen veroorzaakt door een pycho-sociaal fenomeen, zoals de psycholoog Irving Janis voor hem analyseerde. Degenen die beslissingen moeten nemen, worden veelal verblind door overschatting van hun eigenwaarde, als gewaardeerd lid van een belangrijke sociale insidersgroep. De vrees voor het uiteen laten spatten van de kennelijke consensus en daarmee de warme groepsbanden weerhield, menig adviseur van het uitspreken van zijn gegronde twijfels over de voorgenomen operatie. Kennedy zorgde er tijdens de Cubacrisis wel voor dat dit niet nog een keer zou gebeuren.
Met deze ervaringen ontwikkelde Janis het concept voor
'groupthink' waarover deze volgende brokken over gaan. Hierin zullen we zien hoe nauwkeurig de verschillende elementen daarvan passen in de groep van klimaatalarmisme.
Ik vertaal hier even (vrij) de Engelse versie van de inleiding:
Groepsdenken is een psychologisch fenomeen dat voorkomt bij een groep, waarin het verlangen naar harmonie en overeenstemming binnen de groep resulteert in een irrationele en/of disfunctionele besluitvorming. Leden van de groep proberen om interne conflicten te minimaliseren en tot een consensus te komen, zonder kritische evaluatie van alternatieven. Ook onderdrukt de groep afwijkende standpunten op een actieve wijze en isoleert het zich van invloeden van buitenaf.
Loyaliteit aan de groep vereist dat de individuele leden controversiële kwesties noch alternatieve oplossingen aan de orde stellen en er is het verlies van individuele creativiteit, individualiteit en onafhankelijk denken. Alleen de 'party-line' telt. De disfunctionele groepsdynamiek van de 'ingroup' brengt een 'illusie van onkwetsbaarheid' met zich mee (een absoluut overtuigde zekerheid dat de juiste beslissing wordt genomen). Dus de 'ingroup' overschat zijn eigen vaardigheden in de besluitvorming aanzienlijk, evenals het de capaciteiten van zijn tegenstanders (de 'outgroup') onderschat. Groepsdenken kan zelfs leiden tot dehumaniserende acties tegen de 'outgroup'.
Ter afsluiting van deze inleiding een aantal gedachten.
Ten eerste, het is het wellicht interessant om sommige bijdragen van de discussie over mijn
vorig brokje te toetsen aan deze uiteenzetting.
Ten tweede, het laat zich aanzien dat de duidelijkste indicatie van 'groupthink' is het beroep op consensus waar zo naarstig naar wordt gezocht.
Ten derde, 'groupthink' en de eerder behandelde 'moral panic' tonen veel overeenkomsten. De relatie tussen beide is mijns inziens te duiden dat het 'moral panic' mechanisme groepsvorming veroorzaakt waarin vervolgens 'groupthink' in een warm gespreid bedje valt. De overeenkomst is dat de volksduivels van 'moral panic', dezelfde zijn als de 'outgroup' bij 'groupthink'.
I think we live in an unscientific age in which almost all the buffeting of communications and television--words, books, and so on--are unscientific. As a result, there is a considerable amount of intellectual tyranny in the name of science.
Aldus André Bijkerk.
Voor mijn eerdere DDS-bijdragen zie
hier.