Bluffen de Grieken of zijn ze bloedserieus als ze minder strenge bezuinigingen eisen?
Terwijl ik dit schrijf zijn ze in Athene druk bezig met het formuleren van een aanvraag voor de verlenging van de noodhulp. Die moet uiterlijk donderdag 19 februari bij Brussel worden ingediend zodat er vandaag, 20 februari weer over gesproken kan worden. Er is al ontzettend veel onderhandeld. Maar het heeft niet tot toenadering geleid.
De posities zijn verhard. De Grieken, onder aanvoering van de nieuwe minister van financiën Yanis Varoufakis willen een gewijzigd programma van maatregelen en minder strenge bezuinigingen. Dat is de verkiezingsbelofte die zijn partij Syriza aan het electoraat moet inlossen. En hij bluft niet, schreef hij in een opiniestuk in de New York Times. Er zijn rode lijnen waar hij niet overheen zal gaan.
Maar wellicht is dat ook bluf want tijdens de campagne heeft Syriza steeds aangegeven in de euro te willen blijven en zonder dat standpunt hadden ze wellicht nooit de verkiezingen gewonnen. De overige eurolanden onder aanvoering van onze eigen Jeroen Dijsselbloem en de Duitse minister van financiën Wolfgang Schäuble vinden dat de Grieken onverkort moeten vasthouden aan de bestaande afspraken. Zo niet, dan volgt geen verlenging van de noodkredieten en zal de Griekse overheid binnen afzienbare tijd geen geld meer hebben om haar uitgaven te betalen.
Het zou de opmaat zijn naar een Grexit, een scenario dat door veel Grieken als verre van denkbeeldig wordt gezien getuige de grote uitstroom van Griekse spaartegoeden. Even circuleerden er berichten dat de Europese Centrale Bank zou overwegen om Griekenland kapitaalrestricties op te leggen. Dit zou eigenlijk al een de facto Grexit betekenen omdat een euro op een Griekse bankrekening dan niet meer vrij omzetbaar zou zijn in een euro op een rekening elders. De geruchten werden al weer snel ontzenuwd maar ze tekenen de nervositeit en onzekerheid. Niemand weet waar dit heengaat.
Natuurlijk is er veel te zeggen voor een harde aanpak. De Grieken zijn met vervalste statistieken toegetreden tot de eurozone. De economie gaat gebukt onder corruptie en een inefficiënte bureaucratische overheid. Belastingen werden en worden te weinig geïnd. Het zijn allemaal problemen van eigen makelij en evenzovele redenen om af te zien van al teveel soepelheid. Maar doorgaan op de oude weg is ook geen serieuze optie. Met een hardnekkige werkloosheid van ruim 25% en economische malaise die de rijke bovenlaag ongemoeid lijkt te laten kun je niet zeggen dat het huidige recept succesvol of evenwichtig is geweest.
De Grieken moet dus in staat worden gesteld om met een serieus plan te komen dat de noden van de meer kwetsbaren adresseert en tegelijkertijd laat zien dat er echt werk gemaakt gaat worden van belastingontduiking en andere hervormingen. De noordelijke 'preciezen' zullen dus wat rekkelijker moeten worden zonder dat er cadeautjes worden uitgedeeld. Maar tegelijkertijd zullen de 'rekkelijken' moeten beseffen dat ze heel precies moeten zijn in de uitwerking van hun alternatieve voorstellen.
Een dergelijk compromis lijkt mij het beste scenario. Al was het maar omdat een Grexit om geopolitieke redenen een uitermate hachelijke zaak is. Een failliete staat aan de rand van Europa en vlakbij het Midden-Oosten kunnen we niet gebruiken. Ook voor de Grieken zelf geen aanlokkelijk perspectief. Of de Grieken het zover op de spits zullen drijven is onwaarschijnlijk. Maar zeker is niets.
In onderhandelingen gaat het ook om persoonlijke verhoudingen. Als die slecht zijn dan kan de animositeit het winnen van de ratio. Uiteindelijk gaat het bij deze onderhandelingen ook om het overbruggen van cultuurverschillen en het verder kijken dan nationale belangen en electoraten. Maar dat dit de grootste obstakels waren en zijn bij het optuigen van een fatsoenlijk functionerende muntunie in het complexe continent dat Europa heet weten we natuurlijk al veel langer.