1. Home
  2. Graaien blijft de norm in de publieke sector

Graaien blijft de norm in de publieke sector

Geen categorie19 jul 2014, 10:15
Het gegraai in de (semi)publieke sector is een groot probleem, want we betalen er allemaal aan mee.
Er zijn mensen die altijd moeite hebben met riante salarissen, of het nou om de publieke sector of de vrije markt gaat, maar dat is een tikje overdreven als je het mij vraagt. Ik bedoel, waarom mag een eigenaar van een goeddraaiende keten niet zoveel verdienen als hij zelf wil? Maar ik deel de kritiek op het gegraai in de (semi)publieke sector. Dat moet echt stoppen. Vandaag nog.
Het is van de zotte, nee, het is ronduit ziek dat topbestuurders in de zorg bakken met belastinggeld naar binnen harken terwijl ouderen geen goede zorg krijgen en aan hun lot worden overgelaten. Hetzelfde geldt voor het gegraai bij de woningcorporaties en in het onderwijs. Het probleem is dus niet, ik herhaal het maar even, dat sommige mensen veel geld verdienen, het probleem is dat wij er in het geval van de graaiers in de (semi)publieke sector met z'n allen aan meebetalen via de belastingen.
De Volkskrant kwam vanochtend met een onthullend onderzoek. Veel topbestuurders blijken meer dan de balkenendenorm van 230.000 euro te verdienen. Met name toezichthouders bij De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) blijken veel te verdienen. Zo krijgt DNB-directeur Klaas Knot meer dan 420.000 euro per jaar (check hier het volledige lijstje graaiers).

Acht van de tien bestuurders in de toptien van het Volkskrant-onderzoek werken bij De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten. DNB-president Klaas Knot is met een brutosalaris van 422.573 euro (inclusief pensioen en onkosten) de best verdienende bestuurder in de semipublieke sector.

Kanonnen, wat een hoop geld.
Er is goed en slecht nieuws qua aanpak van dit soort gegraai van belastingcenten. Het goede nieuws: het kabinet gaat het salarisplafond voor de (semi)publieke sector vanaf volgend jaar nog eens verlagen naar 169.000 euro, een ministerssalaris. Het slechte nieuws: de invoering van de nieuwe norm per 1 januari stelt eigenlijk niet zoveel voor.
Het plan van het kabinet komt erop neer dat bestuurders vanaf 1 januari vier jaar hun salaris mogen houden om daarna nog eens drie jaar de tijd te nemen om het salaris af te bouwen. Het duurt dus nog minstens zeven-en-een-half jaar voordat de salarissen echt omlaag zijn gegaan en voldoen aan de nieuwe ministersnorm. Tja. Het gegraai gaat dus gewoon nog even door.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten